Leer jezelf ecologisch tuinieren/Gewone veldsla
|
 1 |  2 |  3 |  4 |
Veldsla is een belangrijke wintergroente. De plant is niet winterhard, maar kan tot -5 °C vorst verdragen.
 Alle families? |
Familie: Kamperfoelie (Caprifoliaceae) Geslacht: Veldsla Soort: Valerianella locusta | ||||||||||||||
 Blad:
|
De bovenste bladeren zijn lancetvormig tot langwerpig. | ||||||||||||||
 Groenblijvend.
|
Deze plant is groenblijvend en/of winterhard. | ||||||||||||||
 Bloei: Bloem:Meer van dezelfde kleur? |
April en mei en soms ook in juli en augustus. De vijfslippige bloemen zijn bleeklila, maar soms wit of rozerood. De meeldraden staan op de bloemkroon ingeplant. Het driehokkige vruchtbeginsel is onderstandig, waarbij maar één hokje vruchtbaar is. | ||||||||||||||
 Vrucht:
|
De vrij grote en zeer lichte vrucht is een nootje en heeft de vorm van een platte ui of tulpenbol. | ||||||||||||||
 Hoogte/Lengte:Meer van dezelfde hoogte? |
± 7-25 cm. | ||||||||||||||
 Bodem:Meer onder dezelfde omstandigheden? |
| ||||||||||||||
 Goede buren:
|
Goede buren voor deze plant: aardappel, aardbei, asperge, boon, dille, erwt, kervel, knolvenkel, komkommer, kool, koolrabi, maïs, pepermunt, raap, radijs, rammanas, rode biet, schorseneer, spinazie, tuinkers, ui, witlof, wortel. | ||||||||||||||
 Slechte buren:
|
Slechte buren voor deze plant: peterselie, selderie, tomaat, tuinboon, venkel, zonnebloem. | ||||||||||||||
 Lokken:
|
Deze plant lokt en/of is vatbaar voor bladluis en slak. | ||||||||||||||
 Gebruik:
|
Veldsla is een gezonde rauwkost voor de herfst en winter. | ||||||||||||||
 Recepten:
|
Recepten vind je in het Kookboek. | ||||||||||||||
 FAQ:
|
Vragen en/of antwoorden over de Gewone veldsla? |
| Maan(d) | Werk | KK | KT | LT | VW | ZD | PA | RA |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 8-10 OM | Zie zaaitijd. Zaaien in de volle grond (niet na andijvie). De september/oktober zaai beschermen door er wat stro of blad op te laten vallen. In de koude bak zaaien kan ook. In de groeiperiode moet de temperatuur eigenlijk boven 10˚C blijven om doorschieten te voorkomen. |
4 | 7 | 1 | 1 | |||
| 10 | 20 | |||||||
| 10 | Verzorgen: Ter plaatse laten overwinteren. Kan tegen matige vorst, anders afdekken. |
|||||||
| 10-3 | Zie oogsten en bewaren. Regelmatig oogsten door hele plantje uit te trekken en het worteltje af te snijden. Vers eten als salade. Voor zaadwinning laat je de mooiste plantjes staan en dun ze uit op 30 cm. |
|||||||
| 6 | Zie vermeerderwijze. Als de zaden rijp zijn (afschermen voor vogels) de hele plant uittrekken en laten drogen. Gebruik deze zaden pas het jaar erop dan is de kiemkracht beter. Pas geoogst zaad kiemt slecht door de nog aanwezige kiemrust. |
Z |
