Leer jezelf ecologisch tuinieren/Koolraap
Uiterlijk
Makkelijk te telen fors knolgewas dat niet veel bemesting vraagt. Voor herfst en winter gebruik en is bestand tegen lichte nachtvorst. Koolraap is waarschijnlijk ontstaan uit een kruising tussen kool (Brassica oleracea) en knolraap (Brassica rapa) (ook meiraap of meiknolletje genoemd) en wordt vaak met de laatste verward. Dit komt niet alleen doordat de koolraap vaak knolraap genoémd wordt (ook Van Dale erkent dit woordgebruik) maar ook doordat sommige rassen knol- of meiraap erg op koolraap lijken. Om de verwarring nog groter te maken worden beide soorten ook wel kortweg raap genoemd.
Alle families? |
Familie: Kruisbloemen (Brassicaceae) Geslacht: Kool (geslacht) Soort: Brassica napobrassica | ||||||||||||||
Wortel: | Een koolraap is de wortel van deze plant. | ||||||||||||||
Blad: | Het jonge blad wordt 'snijmoes' of 'snijkool' genoemd en wordt eveneens gegeten. | ||||||||||||||
Bodem: Meer onder dezelfde omstandigheden? |
|
||||||||||||||
Goede buren: | Goede buren voor deze plant: Aardappel, afrikaantje, erwt, gemaaid gras, hysop, kamille, komkommer, kool, rabarber, radijs, rode biet, salie, schorseneer, selderie, sla, spinazie, stokboon, tuinboon, wortel. | ||||||||||||||
Slechte buren: | Slechte buren voor deze plant: Sterrekers, tulp, zonnebloem. | ||||||||||||||
Gebruik: | De knollen worden geschild en in staafjes gesneden, gekookt gegeten. Ze hebben een zoetige smaak. Rauw zijn ze niet bijzonder smakelijk. | ||||||||||||||
Recepten: | Recepten vind je in het Kookboek. | ||||||||||||||
FAQ: | Vragen en/of antwoorden over de Koolraap? |
Maan(d) | Werk | KK | KT | LT | VW | ZD | PA | RA |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
5-6 AM | Zie zaaitijd. Zaaien in de volle grond. Geen mest, maar de grond aan de oppervlakte doorwerken met veel zaagsel. Houd kool en schorseneer op 40-80 cm afstand. Koolraap wordt ter plaatse gezaaid en uitgeplant, en kan op alle grondsoorten worden geteeld. |
5 | 10 | 2 | 1 | |||
7-8 AM | Zie (uit)planten. Te diep planten geeft een minder mooie knolvorm. |
50 | 40 | |||||
10-11 | Zie oogsten en bewaren. Als de knol 6 cm in doorsnede is zijn ze het lekkerst. Bewaren kan door inkuilen. Snij het loof af en laat het snijvlak even indrogen. |
|||||||
10 | Zie vermeerderwijze. De in de herfst gerooide knollen herplanten in een pot of in de groef bewaren. In april uitplanten op 60 cm. Bloemstengels toppen en steunen. Als ze geel worden zijn ze rijp. Afsnijden en drogen. Schermen tussen de handen wrijven in een emmer water. Niet kiemkrachtige zaden en kaf blijven drijven. Zaden eruit zeven en drogen. |
Z |