Naar inhoud springen

Leer jezelf ecologisch tuinieren/Engels raaigras

Uit Wikibooks

Ecologisch tuinieren

Inleiding
De tuinkalender
Register
Wat zijn planten
Algemene begrippen
Sorteringslijsten
Grondbewerking
Plantkunde
Vermeerderen
Plantenfamilies
Geslachten
Soorten
Plantenziekten
Problemen
Het dierenleven
De moestuin
De kruidentuin
De boomgaard
De siertuin
De speeltuin
1 2 3

Klik op een foto voor een vergroting. Ander gewas? Zoek in het Register.

Het gras heeft in niet doorgeschoten toestand een hoge voederwaarde en het is goed bestand tegen betreding door mens en dier. Het wordt ingezaaid in weilanden, voetbalvelden en speelgazons. In de laatste twee gevallen heeft een niet-scherpe grasmaaier soms wat moeite met de bladeren door de dikke vaatbundels in de nerven, waardoor er zogenaamde vlaggetjes ontstaan. Bij Engels raaigras kunnen verschillende typen worden onderscheiden naar gebruik en naar doorschietdatum (tijdstip van in bloei komen). De vorm van de planten varieert in het vegetatieve vermeerdering stadium van zeer plat tot sterk rechtop groeiend. De vroege hooitypen hebben een meer rechtop groeiende vorm en bij de weidetypen komen meer plat groeiende vormen voor, vooral bij planten in oude weilanden. Door begrazing zijn deze typen overgebleven, omdat van dit type relatief minder kan worden afgegraasd. De gazontypen blijven laag en stoelen sterk uit (dat wil zeggen dat ze aan de grond zijscheuten krijgen). Door het uitstoelen krijgt men een mooie dichte zode met een goede draagkracht.


Alle families?
Familie: Grassen (Poaceae)
Geslacht: Raaigras
Soort: Lolium perenne
Wortel: Dichte zoden-vormende, vaste plant.
Stengel/Tak: Rechtopstaand, glad.
Blad: Lichtgroen, onbehaard en vettig glanzend. De nerven steken duidelijk boven het bladoppervlak uit. Het wordt tot 20 cm lang. De bladeren zitten in een jong stadium langs de hoofdnerf gevouwen. De schede aan de voet is vaak roze. Het tongetje (ligula) is ringvormig en tot 2 mm hoog.
Bloei:

Bloem:
Meer van dezelfde kleur?
Van Engels raaigras worden er verschillende typen onderscheiden met betrekking tot het bloeitijdstip. Het vroegste type ("vroeg hooitype") bloeit van half mei tot eind mei. Het late type ("weidetype") bloeit in de eerste helft van juni. Na maaien of beweiden kan alleen het vroeg hooitype nog een keer in bloei komen.

De bloeiwijze is een platte aar met een heen en weer gebogen platte spil. De aartjes zitten in pakjes van acht tot tien bloempjes en zijn ongesteeld, eivormig en plat. Het aantal pakjes kan variëren van 18 tot 24 per aar. Deze zijn afwisselend geplaatst aan weerszijden van de hoofdas in een kleine uitholling van die as. De kelkkafjes zijn ongeveer 1,5 maal zo lang als de kroonkafjes. Het lemma (onderste kroonkafje) is ongenaald.
Vrucht: De vrucht is een graanvrucht.
Hoogte/Lengte:
Meer van dezelfde hoogte?
± 30-60 cm.
Lokken: Deze plant lokt en/of is vatbaar voor aantasting door kroonroest, vooral in de nazomer. Er zijn grote rasverschillen in resistentie tegen kroonroest.
FAQ: Vragen en/of antwoorden over de Engels raaigras?
Maan(d) Werk KK KT LT VW ZD PA RA
O
Wikipedia
Meer afbeeldingen over dit onderwerp vindt u in Categorie Lolium perenne op Wikimedia Commons
Wikipedia
Wikipedia heeft een encyclopedisch artikel over Engels raaigras


Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.