Gedichten uit de wereldliteratuur/Nederlandse gedichten op eerste versregel
Uiterlijk
- "Egidius, waer bestu bleven?"
- "Het huis mijns vaders, waar de dagen trager waren"
- "Ic sach noyt so roden mont"
- "Of ergens schepsel zoo rampzaligh zwerft als ick?"
- "Terwijl ik staar in 't spiegelglad"
- "Van dichten comt mi cleine bate"
- "Varinge spranc hi op weder"
- 'Wys my die plek waar ons saam gestaan het"