Engels/Achtergrondinformatie
Achtergrond
[bewerken]Engels is een Indo-Europese taal[1] en de officiële taal van onder andere Australië, Belize, Nieuw-Zeeland en Nigeria, en een van de officiële talen van onder andere Canada, Ierland en Zuid-Afrika. De taal fungeert de facto als officiële taal van het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten.
Het Engels wordt daarnaast op grote schaal gebruikt als tweede taal of als officiële taal in het Gemenebest en is tevens de voorkeurstaal van bijna alle belangrijke internationale organisaties. Daarom kan de taal zeer nuttig zijn voor de wereldreiziger, ook in landen waar Engels niet de officiële taal is. De taal fungeert als lingua franca bij de communicatie in wetenschap, techniek en het internationale politieke en economische verkeer over de gehele wereld. Zeker in de westerse wereld kan men tegenwoordig in zowat ieder land met Engels terecht. Als men alle eerste- en tweedetaalsprekers bij elkaar optelt, is het zelfs de meest gebruikte taal ter wereld. Beschouwt men alleen eerstetaalsprekers, dan wordt het Engels echter overtroffen door het Mandarijn en het Spaans.
Het Engels heeft mede als gevolg hiervan een zeer grote woordenschat ontwikkeld. Dit komt vooral doordat er vaak twee woorden naast elkaar bestaan voor hetzelfde: een Germaans en een Romaans (bijvoorbeeld freedom en liberty, die beide 'vrijheid' betekenen). Het verschil in gebruik wordt grotendeels bepaald door het register: de Germaanse woorden worden bij voorkeur in het dagelijks leven gebruikt, de Romaanse synoniemen in de officiële en/of geschreven taal. Het totaal aantal woorden in de Engelse taal is onderwerp van discussie, maar volgens de Oxford Dictionary zijn het er minimaal 500.000.
Het Nederlands heeft ook een zekere bijdrage geleverd aan de Engelse woordenschat, vooral in woorden die te maken hebben met de scheepvaart. Enkele redelijk gangbare Engelse (vaak meer specifiek Amerikaanse) woorden met een Nederlandse oorsprong zijn: cookie (koekje), cruise (doorkruisen), dike (dijk), Santa Claus (van Sinterklaas), waffle (wafel), bourse (beurs), boss (baas), burgomaster (burgemeester) en yacht (jacht (boot).