Naar inhoud springen

Onderwijs in relatie tot P2P/Kwestie 6 - Technologie

Uit Wikibooks
← Kwestie 5 - Leren/vorming Onderwijs in relatie tot P2P Kwestie 7 - Feedback →
Een schematisch overzicht van de verschillende kwesties.
Kwestie 6 - Technologie


Situering

[bewerken]

Klassieke educatie speelt zich vaak af in één specifieke tijd/ruimte (meestal de klas of één of ander leslokaal) en maakt veelal gebruik van een analoge technologie (en dan kan het gaan om handboeken, een bord, …). Het gaat om een vooraf vastgelegde tijd om te leren, een omlijnde, fysische ruimte en technologieën die vooral de bedoeling hebben om informatie over te dragen, en uiteindelijk kennis te verwerven. Daarnaast heeft iedere lerende eenzelfde taak, en streeft iedereen hetzelfde doel na. Het is de kwaliteit van die taak die beoordeeld wordt, en de leerkracht of docent kan al die taken eventueel ook vergelijken. Omdat iedereen bezig is met hetzelfde kan men leerlingen of cursisten vergelijken vanuit hoe ze de taken gerealiseerd hebben. Verschillen worden dan ‘verklaard’ vanuit verschillen in inspanning, maar vaker ook, vanuit verschillen in talent, begaafdheid of intelligentie dus ook in termen van normaliteit. In P2P-educatie is men gericht op artefacten met maatschappelijk nut, en kan iedereen verschillende taken opnemen. De tijd lijkt (minder) op voorhand vast te liggen, of enkel wanneer het gaat om het afstemmen van deelresultaten. De ruimte is niet beperkt tot het leslokaal, maar is zeer divers, zowel fysisch als virtueel. Afhankelijk van activiteiten – communicatie, feedback, etc. – kan dit elders of op een ander moment plaatsvinden. Bijgevolg is coördinatie – en afstemming – een belangrijk aspect in P2P-praktijken. Deze coördinatie is echter niet hiërarchisch (top down), ook niet zonder meer democratisch (collectief overleg) of op basis van vraag/aanbod (zoals een markt, consument/producent), maar eerder als een systeem waarin voortdurend signalen en informatie beschikbaar is waarop elkeen zichzelf kan afstemmen. Het is eerder de bijdrage, dan wel het individuele resultaat dat gewaardeerd wordt. Bovendien gebeurt de bijdrage niet vanuit een ruilverhouding (d.w.z. om punten of beloning te krijgen). Dus eerder dan technieken om te belonen (en meten, straffen, ….) zijn technieken omtrent afstemming en communicatie van belang.

Discussie

[bewerken]

Welke technologieën zijn noodzakelijk voor P2P-leren? Kan alles digitaal, of is er nood aan analoge technologieën?

[bewerken]

P2P-leren focust zeer sterk op vrijwillige bedragen van individuen aan een gezamenlijk doel. Om maximale vrijheid te bieden aan de deelnemers aan P2P leerprocessen inzake de aard van de bijdragen die ze willen leveren (kiezen van de inhoud), maar ook in de wijze waarop, waar en wanneer ze die willen leveren, bieden digitale technieken enorme mogelijkheden. Digitale technieken laten immers toe dat niet iedereen op hetzelfde moment en in dezelfde ruimte met hetzelfde bezig is. Bovendien zijn digitale technologieën noodzakelijk om de coördinatie van coörperatie (p2p is immers nog iets anders dan groepswerk - het gaat, aldus Bauwens om coöperatief individualisme) op zeer grote schaal mogelijk te maken. Bauwens (2013) zegt in zijn boek "De wereld redden" dat het van belang is dat een grote groep mensen deel kunnen nemen aan gezamenlijke projecten. Digitale technieken voor informatieverspreiding, communicatie en coördinatie (zie ook Liquid Feedback) komen hieraan tegemoet.

Is een virtuele ruimte voldoende of is er nood aan specifieke fysische plaatsen en ontmoetingen? Zijn mensen meer betrokken en gemotiveerd bij een fysieke ontmoeting als een virtuele?

[bewerken]

Hoewel het mogelijk is om P2P processen volledig digitaal aan te sturen en te coördineren – denk bijvoorbeeld aan Linux of Wikipedia – zijn er vanuit een pedagogische invalshoek ook argumenten te bedenken voor het combineren van digitale technologie met meer klassieke onderwijstechnieken om P2P-leren aan te sturen en te coördineren. Zo kan men zich afvragen of de fysieke aanwezigheid van een leerkracht bijvoorbeeld, net als het samenkomen met een groep deelnemers (lerenden)die aan een gezamenlijk doel werkt, niet van belang is om mensen te kunnen (blijven) motiveren, of beter, om hun interesse op te wekken voor iets en hen uit te nodigen een bijdrage te leveren. Fysieke ontmoetingen, face-to-face instructie en face-to-face feedback, zo beweren sommigen, vergroten wellicht de betrokkenheid van deelnemers of houden ze in de loop van het (leer-)proces beter vast. Anderzijds moeten we ons misschien toch ook de vraag stellen of P2P processen niet precies steeds vertrekken van de veronderstelling dat deelnemers geïnteresseerd zijn. In die optiek doet het er misschien niet toe of men mensen kan interesseren of hun betrokkenheid kan vasthouden. Wie niet (of niet langer) wil bijdragen haakt af en is vervangbaar.

Stelt het gebruik van deze technologieën eisen naar de (vaardigheden bij de) deelnemers, en indien ja, hoe hiermee omgaan?

[bewerken]

Het gebruik van (voornamelijk digitale) technologie veronderstelt enerzijds dat geïnteresseerde deelnemers met deze technologieën kunnen werken en dat ze ook de drempel overstijgen die de technologie installeert (Denk bijvoorbeeld aan het bewerken van een wiki-pagina: alle studenten kunnen dit, tenminste als ze enkele zaken uitproberen en eventueel een filmpje opzoeken via youtube, of een handleiding raadplegen, maar haast niemand heeft het ooit spontaan gedaan). Duidelijke, uitnodigende signalen kunnen geïnteresseerde deelnemers helpen deze drempel te overstijgen. Bijv. Bij wikipedia blijft een link rood als er nog geen pagina voor deze link is aangemaakt. Dit is een manier om mensen een duidelijk zicht te geven op wat ontbreekt en uit te nodigen om een bijdrage te leveren.

Externe linken

[bewerken]

Gerelateerde kwesties

[bewerken]

Het feit dat het gebruik van technologie ook bepaalde vaardigheden veronderstelt, raakt aan de kwestie ‘Gelijkheid

Kernwoorden

[bewerken]
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.