Onderwijs in relatie tot P2P/Gebruikswaarde
Gebruikswaarde is het concept waarbij men belang hecht aan het nut van een goed en de mate waarin het onze behoefte kan bevredigen. De hoeveelheid arbeid die bij de productie ervan gebruikt werd, is hier van ondergeschikt belang. Zo maakt het niet uit of men aan een goed één minuut gewerkt heeft of een heel jaar, het is de behoefte-bevredigende kracht dat de gebruikswaarde bepaalt. Verder is er bij het concept gebruikswaarde een ontkoppeling tussen arbeid en loon. Goederen worden niet geproduceerd met oog op de verkoop ervan en het verdienen van geld. Hiertegenover staat de ruilwaarde waarbij het goed wel geproduceerd wordt met oog het ruilen of verkopen ervan. Hierbij is de hoeveelheid arbeid bij de productie dus wel van belang. Dit laatste is een typisch kenmerk van de kapitalistische samenleving zoals we ze vandaag kennen (Linkin, 2010).
Gebruikswaarde en P2P
[bewerken]In zijn boek wijst Bauwens meerdere malen op het belang van een gebruikswaarde in de context van p2p. Zo zegt hij dat wanneer we iets doen vanuit de p2p logica, we nooit gericht zullen zijn op het verdienen van geld of het creëren van een ruilwaarde. De enige reden waarom men dit toch zou doen, is wanneer men deze ruilwaarde zou gebruiken om het doel van peer-to-peer te realiseren. Zo is het enkel mogelijk om geld te verdienen met de productie van een goed doordat deze gebruikswaarde meestal voor iedereen beschikbaar is. Hierbij spreekt men dan van een common. Dit is een goed dat van iedereen is en tegelijk van niemand. Bijkomend kan iedereen er gebruik van maken maar tegelijk kan niemand ze zich toe-eigenen. Een voorbeeld hiervan is Wikipedia (Bauwens & Lievens, 2014). Bij de p2p logica is er dus steeds sprake van het creëren van een gebruikswaarde. Alles wat men doet zal men doen met oog op het maatschappelijk nut ervan. Dit staat haaks op de visie binnen het kapitalisme. Daar staat de markt en geld centraal en zal je een goed steeds produceren om het nadien te ruilen of te verkopen.
Voorbeeld
[bewerken]Een voorbeeld dat Bauwens in zijn boek meerdere malen aanhaalt is Wikipedia. Zo vertelt hij dat wanneer iemand iets aanpast op een Wiki-pagina, die persoon dat zal doen vanuit zijn passie en niet met oog op het verdienen van geld. Hij zal de aanpassingen aanbrengen omdat hij het maatschappelijk nut ervan inziet. Op deze manier zal de persoon in kwestie een gebruikswaarde creëren. Het bevredigt de behoefte van de persoon zelf en andere personen om informatie terug te vinden via de site van Wikipedia (Bauwens & Lievens, 2014).
Een ander sprekend voorbeeld is Youtube. Wanneer mensen hier een filmpje op plaatsen doen ze dit niet met oog op het verdienen van geld of het creëren van een ruilwaarde. Ze doen dit doordat ze het nut hiervan inzien, hun passie willen tonen of om de pagina van Youtube beter te maken. Mocht de persoon in kwestie toch geld verdienen door het filmpje dat hij online plaatste, komt dit doordat er een gebruikswaarde gecreëerd wordt doordat het filmpje voor iedereen beschikbaar is als common.
Ten slotte wijs ik nog even op het begrip gebruikswaarde binnen educatie. De reden hiervoor is dat de focus binnen het onderwijs de dag van vandaag meer op een ruilwaarde ligt. Zo zijn vele studenten enkel en alleen aan hun studies met oog op een diploma. Op deze manier hopen ze een soort winst te creëren om meer kans te maken op de arbeidsmarkt. Studenten die de p2p logica volgen, hechten daarentegen meer belang aan de gebruikswaarde van hun studies. Zo kunnen ze bijvoorbeeld meer gefocust zijn op het maatschappelijk nut van hun studie.
Theoretische duiding
[bewerken]Voor Marx staat het begrip gebruikswaarde centraal in zijn analyse van de kapitalistische productiewijze. Hierbij geeft hij aan dat elk goed zowel een gebruikswaarde als een ruilwaarde bezit. In de eerste plaats een gebruikswaarde aangezien het goed in staat moet zijn een menselijke behoefte te bevredigen. Ten tweede is er de ruilwaarde van het goed. Deze komt tot stand door de gebruikswaarde dat het goed bezit. Enkel dan beschikt het goed ook over een ruilwaarde want indien niemand het goed nodig heeft, en er dus geen behoefte naar is, kan het goed niet worden geruild of verkocht. Verder maakt Marx nog een onderscheid tussen twee soorten arbeid. Een eerste is de nuttige arbeid. Deze vorm sluit aan bij de gebruikswaarde en verwijst naar de echte activiteit van arbeid. Het kan bijvoorbeeld gaan om het breien van een sjaal, het naaien van een hemd, enz. Ten tweede spreekt hij over abstracte arbeid. Deze krijgt vorm wanneer men spreekt over de ruilwaarde van een goed. Bij deze vorm van arbeid gaat het niet om de activiteit zelf maar om de tijd die in de productie is gekropen. Of de producent nu een uur heeft genaaid of gebreid, dat gaat niets veranderen aan de ruilwaarde van het goed (Linkin, 2010; Laermans, 2012).
Naast deze ideeën van Marx is ook de theorie van intrinsieke en extrinsieke motivatie relevant als theoretische duiding. Bij een intrinsieke motivatie is men als persoon gemotiveerd door iets in zichzelf. Men zal niet handelen vanuit een externe beloning of straf maar vanuit een interesse of een gevoel van voldoening voor zichzelf. Dit sluit nauw aan bij het idee van gebruikswaarde binnen de p2p logica. Ook hier zal men enkel en alleen nog werken voor zichzelf. Bijvoorbeeld doordat men vanuit zichzelf een bijdrage wil leveren aan een gemeenschappelijk project. Men zal dus niet werken met oog op het verdienen van geld. Hiertegenover staat de extrinsieke motivatie waarbij de bron van motivatie buiten de persoon zelf ligt. Het meest voor de hand liggende voorbeeld hierbij is het loon dat mensen verdienen. Voor Michel Bauwens past dit concept dan ook niet binnen de logica van p2p. Zo vraagt hij zich af of een werknemer nog wel zal werken wanneer zijn loon, de extrinsieke motivatie, wegvalt (Bauwens & Lievens, 2014; Clement & Laga, n.d.).
Ten slotte is een theoretische toelichting van de kapitalistische en post-kapitalistische samenleving hier op zijn plaats. Men spreekt van een kapitalistische samenleving wanneer de economie gericht is op het creëren van een zo hoog mogelijke winst. Hiervoor gaat men gebruik maken van het kapitaal en de productiemiddelen, die in het bezit zijn van een kleine groep personen, als investering. Het principe van een vrije markt is hierbij onmisbaar. Hiertegenover staat de post-kapitalistische samenleving waarin men tracht te tonen dat het ook anders kan dan een vrijemarkteconomie. Hiervoor zijn verschillende opvattingen waarvan de peer-to-peer methode een voorbeeld is (Bauwens & Lievens, 2014; Marxistisch archief, n.d.).
Externe links
[bewerken]Voor meer informatie over gebruikswaarde en ruilwaarde volgens Marx: http://www.anarchiel.com/stortplaats/toon/econoom_marx_i_ruilwaarde_en_gebruikswaarde en https://www.marxists.org/nederlands/marxisme/marxisme.htm
Voor meer informatie over motivatie: http://www.kuleuven.be/duo/_pdf/motivatie_def.pdf
Voor meer informatie over het kapitalisme: http://www.marxisme.be/n/?page_id=4736
Referenties
[bewerken]Bauwens, M., & Lievens, J. (2014). De wereld redden. Met peer-to-peer naar een postkapitalistische samenleving. Antwerpen, Belgium: Uitgeverij Houtekiet.
Clement, M., & Laga, L. (n.d.). Motivatie. Retreived from: http://www.kuleuven.be/duo/_pdf/motivatie_def.pdf
Laermans, R. (2012). De maatschappij van de sociologie. Amsterdam, Netherlands: Uitgeverij Boom.
Linkin. (2010). Econoom Marx I: ruilwaard en gebruikswaarde. Retrieved from: http://www.anarchiel.com/stortplaats/toon/econoom_marx_i_ruilwaarde_en_gebruikswaarde
Marxistisch archief. (n.d.). Hoe werkt het kapitalistisch systeem? Inleiding tot de politieke economie. Retrieved from: http://www.marxisme.be/n/?page_id=4736