Onderwijs in relatie tot P2P/Equipotentialiteit

Uit Wikibooks
← Equality matching Onderwijs in relatie tot P2P Ethical economy →

Equipotentialiteit betekent dat we rekening houden met alle menselijke vaardigheden en capaciteiten, zonder dat we de ene beter zouden vinden dan de andere. In de context van een peer-project beschouwen we potentiële deelnemers als mensen met heel wat vaardigheden en ervaringen. Daardoor kunnen we niet op voorhand zeggen wie welke taak gaat uitvoeren en wie welke input zal leveren (Lievens, 2013). Het begrip komt uit de psychologie, meer bepaald uit een rattenonderzoek van Lashley. Uit dit onderzoek blijkt dat alle gebieden in de hersenen even geschikt zijn om verschillende taken uit te voeren.

Equipotentialiteit en P2P[bewerken]

Lashley voerde een experiment uit waarbij ratten telkens opnieuw de uitweg van een doolhof moesten zoeken. Tijdens dit experiment dekte hij telkens een ander deel van hun hersenen af. Tot zijn verbazing vonden de ratten elke keer de uitgang. Daaruit leidde Lashey af dat alle delen in onze hersenen dezelfde taak kunnen uitvoeren. P2P-projecten zijn niet rechtstreeks op deze bevindingen van Lashley gebaseerd. Bauwens gebruikt dit niet als een begrip dat slaat op de hersenen, maar als een begrip dat verwijst naar de gelijkmatige vrijheid, gelegenheid en bekwaamheid van iedereen om bij te dragen tot de commons. De vrije bijdrage van de commeners bepalen wat er uiteindelijk ter beschikking gesteld kan worden op een commen.

Het concept equipotentialiteit kunnen we in relatie brengen met P2P vanuit volgende vier punten. Ten eerste kunnen we het hebben over de vrije bijdrage van de commeners. Dat wil zeggen dat iedereen die interesse heeft voor een bepaald project eraan mag deelnemen en zijn expertise mag delen. Bauwens spreekt hierbij ook over een niet anti-credentialistisch project. Dat wilt zeggen dat men geen diploma nodig heeft om eraan te mogen deelnemen. Er wordt op voorhand ook geen selectie uitgevoerd onder de commeners (Bauwens, & Lievens, 2013).

Een tweede punt is dat alle commeners gelijkwaardig zijn. Hiermee bedoelen Bauwens en Lievens (2013) dat binnen P2P, niemand beter is dan iemand anders. Doordat er geen diploma's zijn, kan er niemand een diploma behalen dat meer waard is dan dat van iemand anders. Ze erkennen hierbij wel dat verschillende mensen, verschillende capaciteiten bezitten en dat de ene mens dus beter is in bepaalde dingen dan de andere. Maar die andere is dan weer beter in andere dingen. Hierdoor blijven ze dus evenveel waard voor een project.

Dit geeft ook meteen de aanzet tot het derde punt. Iedereen mag deelnemen aan een bepaald project, maar er is een zekere bekwaamheid vereist. Projecten staan open voor alle deelnemers, op voorwaarde dat ze over de nodige vaardigheden beschikken om bij te dragen tot het project. Die vaardigheden worden geverifieerd en gemeenschappelijk naar waarde geschat tijdens het productieproces zelf. Dit is duidelijk aanwezig in open publicatieprojecten zoals burgerjournalistiek: iedereen kan teksten op het internet plaatsen en iedereen kan de waarheidsgetrouwheid ervan nagaan. De gemeenschappelijke waardering gebeurt aan de hand van reputatiesystemen (Bollier, & Helfrich, 2012). Dat is een systeem waarin commeners elkaars bijdragen beoordelen. (externe link 1)

De drie bovenstaande punten brengen een vierde punt met zich mee, namelijk het beoordelen van de samenwerking tussen commeners. Het vermogen tot samenwerken wordt gecheckt in de loop van het samenwerkingsproces zelf. Alsook dat de bepaling van de invulling van de functies. Deze invulling hangt samen met de inbreng die iemand levert voor het project en de appreciaties daarover door de andere commeners. (externe link 2)

Voorbeeld[bewerken]

Wikipedia is een online encyclopedie waarop iedereen naar gelang zijn eigen expertise en interesse een bijdrage kan leveren. Iedereen kan een bijdragen leveren omdat iedereen wel ergens goed in is. Als je een bijdrage wilt leveren kan dat heel eenvoudig door de site zelf te gaan bewerken. Je moet daarvoor geen toestemming vragen of een diploma voorleggen. Jouw bijdrage wordt door de commeners die het lezen naar waarde geschat. Deze verificatie kan op eender welk moment plaatsvinden. Zij kunnen hierbij dan ook aanvullingen doen of wijzigingen aanbrengen. Wikipedia werkt hierbij ook met reactoren om een overzicht te houden van de website. Meestal zijn dat deskundigen die door de commeners zelf zijn aangeduid omdat ze deze deskundig genoeg achten voor die taak. Of dit al dan niet wordt gedaan kan elke P2P-organisatie zelf beslissen.

Als iemand een bijdrage levert aan Wikipedia komt die bijdrage online te staan. Als die persoon daarna aan een ander peer-project wenst deel te nemen, zal de kennis die hij aan Wikipedia heeft toegevoegd ter beschikking blijven. Over welke begrippen er op Wikipedia informatie te vinden is hangt af van de kennis en de bijdragen van de commeners. De commeners kiezen zelf aan welk begrip ze willen werken, dit wordt hun niet toegewezen. (externe link 3 & 4)

Theoretische duiding[bewerken]

De term equipotentialiteit komt uit de psychologie en werd in 1929 voor het eerst gebruikt door de Amerikaanse behavioristische psycholoog Karl Lashley gebruikt. Er wordt mee bedoeld dat alle gebieden in de hersenen even geschikt zijn om verschillende taken uit te voeren. Lashley stond bekend om zijn experimenten met ratten in doolhoven. In het jaar 1929 voerde hij een onderzoek uit waarbij hij laesies (afwijkende delen van de hersenen) op verschillende plaatsen in de hersenen van ratten aanbracht. Telkens opnieuw moesten de ratten de uitgang van een doolhof zoeken. Lashley stelde vast dat dit telkens opnieuw lukte, ook al werd er een deel van de hersenen uitgeschakeld. Hiermee toonde hij aan dat de andere hersendelen de uitgeschakelde delen gingen compenseren. Dit was alleen mogelijk doordat alle delen van de hersenen eender welke taak konden uitvoeren (Bollier & Helfrich, 2012). (externe 5)

Bauwens en Lievens (2013) zeggen dat equipotentialiteit betekent dat iedereen hetzelfde potentieel heeft om bij te dragen aan een collectief project. Daarbij is iedereen gelijkwaardig en zijn diploma's niet meer van toepassing. Deze verandering brengt een psychologische verandering met zich mee. Daarmee wordt bedoeld dat onze identiteit vroeger bepaald werd door onze sociale rol. Als je bijvoorbeeld geboren werd als zoon van een bakker, dan werd jij later ook bakker. Je levensloop lag dus vanaf je geboorte vast. Dit is ondertussen al veranderd naar een sociale mobiliteit. Mensen veranderen vaker van job dus een identiteit opbouwen op basis van je job is onmogelijk geworden. Peer-to-peer biedt hier een antwoord op. Je kan bijdragen aan verschillende peer-gemeenschappen, in de mate die je zelf wenst. Hierbij wordt je identiteit bepaald aan de hand van de bijdragen die je levert aan de commens.

Externe links[bewerken]

Referenties[bewerken]

  • Bauwens, M. & Lievens, J. (2013). De wereld redden: Met peer-to-peer naar een postkapitalistische samenleving. Antwerpen: Houtekiet.
  • Bollier, D., & Helfrich, S. (2012). The Wealth of the Commons – A World Beyond Market & State. De drie-enige ‘Peer Governance’ van de digitale commons. Amherst: Levellers Press.
  • Ohman, A., Fredrikson, M., Hugdahl, K. & Rimmo P. (1976) The Premise of Equipotentiality in Human Classical Conditioning: Conditioned Electrodermal Responses to Potentially Phobic Stimuli. Journal of Experimental Psychology, 105 (4) 313
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.