Westerse esoterie/Geschiedenis: 20e eeuw tot heden
20e eeuw en hedendaagse stromingen
[bewerken]De 20e-eeuwse westerse esoterie levert een bijzonder eclectisch beeld op, met allerlei neopaganistische groepen, in navolging van het in Engeland omstreeks 1950 ontstane wicca, de nieuwe hekserij die vooral in Angelsaksische landen grote populariteit genoot.
De tegencultuur van de jaren zestig en zeventig vormde een vruchtbare bodem voor ideeën over een spirituele revolutie die de heersende cultuur zou transformeren en de mensheid zou binnenvoeren in het Aquariustijdperk. Deze ideeën bestonden reeds in theosofische kringen in Engeland en werden uitgedragen in de boeken van Alice Bailey (1880-1949). De term new age werd in de jaren tachtig in de media gebruikelijk om allerlei alternatieve stromingen en ideeën aan te duiden die waren gevormd uit een mix van westerse en oosterse spiritualiteit. Een andere loot aan de zich steeds verder vertakkende boom van westerse esoterie was het neopaganisme. Gerald Gardner was in de jaren vijftig de schepper van een nieuwe neoheidense religie, wicca, wat de aanzet zou vormen tot het ontstaan van verwante groepen zoals het Keltisch geïnspireerde druïdisme en het Germaanse odinisme.
Wat veel van deze neopaganistische groepen gemeen hebben, is een verlangen naar een hechtere band met de natuur en, daarmee samenhangend, de nadruk op een ecologisch meer bewuste levensstijl. Een ander typisch kenmerk van de huidige populaire vormen van westers esoterisme, is het syncretisch karakter: er wordt gewinkeld bij verschillende oudere (soms verkeerd begrepen) tradities, die vervolgens in eigen rituelen en theorieën worden opgenomen. De moderne media hebben gezorgd voor een ongekende verspreiding van esoterische ideeën, onder meer via films, games, populistische literatuur en het internet.