Sindarijns/Fonologie/Nasale mutatie

Zachte mutatie

De meeste voorzetsels zorgen voor een zachte mutatie
\ adel(achter)
ath- (op beide zijdes)
athar (over)
athra-, thar- (kruisend)
be(volgens)
dad (beneden)
dî (onder)
go, gwa (samen)
him (continue, blijvend)
nef, nev (naast) im, mi (tussen)(in het midden van)
nu (over)
nu (onder)
tri (in /door)
vi (in)
ui- (eeuwig, Lang blijvend)

Deze ondergaan zachte mutatie als het lidwoord er niet aan vastgehecht zit.