Oudgrieks/Blok 1/4-Grammatica: dativus

Uit Wikibooks

-- Inleiding --

-- Basiscursus --

  1. Inleiding
  2. Een korte geschiedenis
    1. De Donkere Eeuwen
    2. Een bloei van beschaving
    3. Oorlogen en conflicten
    4. De Klassieke Periode
    5. Alexander de Grote en de Hellenistische Periode
  3. Blok 1
  4. Blok 2
  5. Blok 3
  6. Blok 4
  7. Blok 5
  8. Blok 6
  9. Samenvatting
  10. Afsluiting

-- Taaloverzicht --

  1. Klankleer
    1. Alfabet
  2. Vormleer
    1. Lidwoorden
    2. Zelfstandige naamwoorden
    3. Adjectieven
    4. Bijvoeglijke naamwoorden
    5. Werkwoorden
    6. Voornaamwoorden
    7. Bijwoorden
    8. Telwoorden
  3. Syntaxis
    1. De zin

-- Woordenlijst --


Het Oudgrieks heeft, naast de nominativus, accusativus en vocativus, nog twee andere naamvallen, de dativus en de genitivus. In deze les wordt de dativus besproken.

De dativus is de naamval die primair de functie van meewerkend voorwerp markeert. Het meewerkend voorwerp is het zinsdeel dat in de handeling het lijdend voorwerp (het zinsdeel dat de handeling ondergaat) ontvangt van het onderwerp (dus de 'handelaar'). In het Nederlands kan je voor het meewerkend voorwerp vaak (tenzij dat er al staat) de voorzetsels aan of voor plaatsen. In het Grieks gaat het iets anders, omdat het Grieks geen voorzetsels, maar naamvallen gebruikt om de functie van het meewerkend voorwerp aan te geven. Het zelfstandig naamwoord krijgt een speciale uitgang om de dativus te herkennen.

Verbuiging[bewerken]

Hieronder staat de verbuiging van de zelfstandige en bijvoeglijke naamwoorden in de dativus, de bijbehorende vorm van het lidwoord staat ervoor:

naamval mannelijk vrouwelijk onzijdig
dativus enkelvoud τῳ δουλ τῃ μαχ τῳ θηρι
dativus meervoud τοις δουλοις ταις μαχαις τοις θηριοις
naamval mannelijk vrouwelijk
dativus enkelvoud τῳ δεσποτ τῃ χωρ
dativus meervoud τοις δεσποταις ταις χωραις
  • Let op de iota subscripta bij de dativus enkelvoud! Deze zijn van groot belang, bij μαχη zeg je 'een gevecht' en bij μαχῃ zeg je 'met een gevecht' of 'door een gevecht'.
  • De onderste rijtjes mannelijk en vrouwelijk zijn uitzonderingen (mannelijk) en ρει-woorden (vrouwelijk).

Functies[bewerken]

In het Grieks heeft de dativus meerdere functies, het zijn er vijf in totaal. Hieronder staan ze:

  1. Meewerkend voorwerp (bij personen)
  2. Instrument/oorzaak (bij voorwerpen)
  3. Na sommige werkwoorden (+dat.)
  4. Na sommige voorzetsels (+dat.)
  5. Dativus possesivus
  1. Bij personen of dieren (de dieren moeten menselijke eigenschappen vertonen) die de handeling ontvangt wordt de dativus als meewerkend voorwerp gebruik die wij in het Nederlands met aan/voor vertalen.
  2. Bij voorwerpen in de dativus wordt de dativus als instrument (met) of als oorzaak (door) vertaald. Let op dat dit alleen als instrument of oorzaak wordt vertaald, er zijn voorzetsels zoals μετα (met) en δια (door) al een betekenis van met en door hebben, deze voorzetsels worden (meestal) op andere manieren gebruikt.
  3. Na sommige werkwoorden, waarbij in de woordenlijst +dat. staat, moet de dativus verplicht in de zin staan samen met het onderwerp, de accusativus hoeft dan niet in dezelfde zin te staan.
  4. Na sommige voorzetsels, waarbij in de woordenlijst +dat. staat, moet de dativus verplicht in de zin staan samen met het onderwerp, de accusativus hoeft dan niet in dezelfde zin te staan.
  5. Een dativus possesivus is, net zoals in het Latijn, een vorm van het werkwoord 'hebben' die anders in de zin staat. In de zin staat in plaats van 'Ik heb een paard' 'Aan mij is een paard'. Het Grieks kent wel een afzonderlijk woord voor "hebben" (ἐχω), maar dat wordt niet altijd gebruikt. Als er in het Grieks een zin staat zoals: Μοι ἱππος ἐστιν. wordt dat in het Nederlands vertaald met 'Ik heb een paard.', omdat 'aan mij is een paard' geen correct Nederlands is.
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.