Oudgriekse vormleer/Inleiding en inhoud

Uit Wikibooks

Werk in uitvoering.
Aan dit artikel wordt voorlopig nog gewerkt. Gelieve het niet te bewerken totdat dit sjabloon is weggehaald.

Opzet en doelgroep[bewerken]

Met morfologie (van de Oudgriekse woorden μορφή "vorm" en λόγος "studie") of vormleer bedoelen taalkundigen de wetenschap die bestudeert hoe in een bepaalde taal (1) woorden gevormd worden door afleiding en samenstelling en (2) verhoudingen tussen woorden aangeduid worden door verbuigingen en vervoegingen. Deze wetenschap is dus niet alleen van belang voor de betekenis ("semantiek") van afzonderlijke woorden, maar ook voor de manier waarop ze in een zin functioneren ("syntaxis"). In dit boek beperken we ons ertoe de vormen aan te geven. Voor hun gebruik in zinsverband kan u binnenkort terecht bij het Wikibook Oudgriekse syntaxis.

Eigenlijk is de term Oudgrieks een verzamelnaam voor de grote en zeer verscheiden groep dialecten die gesproken werden van de archaïsche (9de-6de eeuw v.Chr.), over de klassieke (5de-4de eeuw v.Chr.) tot de hellenistische (3de eeuw v.Chr.-6de eeuw n.Chr.) in het Oude Griekenland. Aangezien dit een zeer lange periode is, en de dialecten te zeer verschillen om ze in één boek te kunnen behandelen, beperken we ons tot het klassieke Attisch. Dit literaire Attisch van de 5de-4de eeuw v.Chr. is de meest toonaangevende vorm van het Oudgrieks geweest. Niet alleen zijn de meeste Oudgriekse geschriften in deze taal overgeleverd, ook in latere eeuwen is het klassieke Attisch het model gebleven voor Grieks proza. Wel zullen we regelmatig nota's toevoegen over afwijkende vormen in het taalgebruik van niet-Attische, voornamelijk Ionische, teksten.

Inhoud[bewerken]

  1. De naamwoorden
    1. Het lidwoord
    2. Het "echte" naamwoord
      1. De klinkerverbuiging
      2. De medeklinkerverbuiging
      3. De trappen van vergelijking
    3. Het telwoord
    4. Het voornaamwoord
  2. Het bijwoord
  3. Het werkwoord

Enkele goede spraakkunsten[bewerken]

Voor wie verder wil lezen, staan hieronder enkele goede Oudgriekse schoolgrammatica's, die mede als referentiebronnen gebruikt zijn om dit Wikibook op te bouwen.

  • Van de Vorst, K. & A. Geerebaert 1964, Beginselen der Griekse spraakkunst. Luik: Dessain. [wordt niet meer gedrukt]
  • Elsen, P., Lambrecht, J. & K. Vandepitte 1999, Grammatica Grieks. Vademecum. Wommelgem: Van In.
  • Lenaers, R. & M. Van Den Eynde 1994, Stoicheia. Brussel: Dessain.

Onderstaande (Duitstalige) referentiewerken zijn zeer uitgebreid en zijn alleen handig voor wie zich diepgaand wil toeleggen op de Oudgriekse spraakkunst.

  • Schwyzer, E. 1968, Griechische Grammatik (Handbuch der Altertumswissenschaft). München: C. H. Beck'sche Verlagsbuchhandlung.
  • Kühner, R., & B. Gerth 1835, Ausfürliche Grammatik der griechischen Sprache. Hannover: Hahnschen Hofbuchhandlung. [beschikbaar op Google Books]
Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.