Overleg Wikijunior:Computerzaken/Presentatie
Suggesties voor fragmenten[bewerken]
Opdracht[bewerken]
Zijn de gestelde beweringen goed of fout?
Hoe ingewikkelder een presentatie, hoe beter. goed/fout Gebruik zoveel mogelijk geluid. goed/fout Gebruik steeds dezelfde animatie goed/fout Gebruik steeds een andere dia-omgeving. goed/fout Schrijf op de dia korte zinnen. goed/fout
Hoofdstuk: Paint[bewerken]
We gaan nu even kort kijken naar een tekenprogramma.
Dat tekenprogramma heet Paint.
Als je het opstart, zul je merken dat je cursor verandert in een potloodje wat ergens op het witte scherm (tekenblad) staat.
Je bent nu klaar om te tekenen.
Als Paint wordt gestart, wordt altijd automatisch het potlood geselecteerd.
Dat zie je in de werkset links in het scherm.
Als je nu het potlood ergens in het midden van het scherm zet, de muisknop indrukt en de muis verplaatst, wordt er een rechte lijn getekend.
Je kunt ook rechthoeken maken door op de knop met het rechthoekje te klikken.
Die knop staat ook in de werkset.
Als je dan, tijdens het tekenen de <Shift> ingedrukt houdt, teken je een vierkant.
Ovalen teken je met de knop met de ovaal erop.
Als je dan, tijdens het tekenen de <Shift> ingedrukt houdt, teken je een cirkel.
Vlakken kun je inkleuren met de knop met de verfpot erop.
De punt linksonder de verfpot is de aanwijspunt.
Je kunt in een tekening ook tekst opnemen!
Als je klikt op de knop met de letter A erop!
Dan sleep je met de muis, zodat er een rechthoek ontstaat.
En dan typ je de tekst in!
Soms verschijnt er dan een venster in je scherm dat "Lettertypen" heet.
Daarin kun je lettertype en lettergrootte instellen en woorden vet- of schuindrukken of onderstrepen.
Je kunt ook stukken van je tekening selecteren.
Dat doe je met de knop met de stippellijn-rechthoek of de stippellijn-ster bovenin de werkset.
Geselecteerde stukken kun je verplaatsen, verwijderen of kopiëren.
Stukken die je verwijdert of kopiëert, komen op het klembord te staan.
Opdracht[bewerken]
Tijd voor een tekenwedstrijd!
- Start Paint op en zorg voor een wit tekenblad op het scherm.
- Maak een vierluik op het scherm.
- Teken in het vak linksboven een landschap met de zon, de horizon en een weg.
- Kopiëer dit landschap naar alle vier de vakken, zodat er in elk vak één staat.
- Zet in elk vak de naam van een jaargetijde met de Tekst-functie.
- Pas elk landschap aan, zodat hij bij het jaargetijde hoort. Voorbeelden:
- Het landschap heeft de kleuren die erbij passen.
- Er staan bomen of bloeiende planten in. (of juist niet)
- Sla het eindresultaat op en maak een afdruk op papier.
- Lever het in bij je leerkracht.
De uitslag! Op welke plaats ben je geëindigd?