Oudgrieks/Substantieven/Datief
Uiterlijk
Lidwoorden en Uitgangen
Mannelijk | Vrouwelijk | Onzijdig | |
---|---|---|---|
enkelvoud | τῳ δουλ-ῳ / ῥητορ-ι / ἱππ-ει | τῃ τιμ-ῃ / πολ-ει / θυρ-ᾳ | τῳ δορ-ῳ / σωμα-τι / ανθ-ει |
meervoud | τοις δουλ-οις / ῥήτορ-σι / ἱππ-ευσι | ταις τιμ-αις / πολ-εσι / θυρ-ασι | τοις δορ-οις / σωμα-σι / ανθ-εσσι |
In het Oudgrieks heeft de datief de volgende betekenissen:
- Meewerkend voorwerp.
- Doel (dativus finalis)
- Bezitsrelatie (dativus possessivus)
- Belanghebbende (dativus ethicus)
- Iets of iemand die voordeel of nadeel ondervindt (dativus (in)commodi)
- Handelend voorwerp (agens) in lijdende zinnen (dativus auctoris)
- Manier waarop iets gebeurt (dativus modi)
- Middel dat ergens voor wordt gebruikt (dativus instrumenti)
- Mate van verschil (dativus mensurae)
In het Nederlands wordt de datief het vaakst vertaald met een van de voorzetsels aan, voor of door.