Naar inhoud springen

Michel de Montaigne/Bekende citaten

Uit Wikibooks

BEKENDE CITATEN

Michel de Montaigne, de Franse filosoof en essayist, is bekend om zijn diepgaande en persoonlijke reflecties op het menselijk bestaan. Zijn 'Essais' zijn een mengeling van filosofische reflecties, persoonlijke anekdotes en observaties van de menselijke natuur, waardoor zijn werk nog steeds relevant en inspirerend is.

Hier volgen enkele van de frappantste citaten uit zijn "Essais":

"Que sais-je?"

("Wat weet ik?") Dit is een van Montaignes meest emblematische uitspraken. Het drukt zijn scepticisme en zijn bescheiden houding tegenover kennis uit. Hij erkent de beperkingen van de menselijke rede en het onvermogen om de absolute waarheid te kennen.

"De la coutume et de ne changer aisément une loi reçue"

("Over gewoonte en het niet gemakkelijk veranderen van een gevestigde wet") “Het lijkt wel alsof wij niets anders doen dan ons aanpassen aan de gewoonten van ons land; maar de grootste kracht van gewoonte ligt in de onmerkbare invloed die ze op ons uitoefent.”

"Chacun appelle barbarie ce qui n'est pas de son usage"

("Iedereen noemt barbaars wat niet tot zijn gebruik behoort") Uit het essay Over de kannibalen, waarin Montaigne betoogt dat wat vreemd is, niet per se barbaars is, maar gewoon anders. Dit citaat verwijst naar de etnocentrische neiging van mensen om andere culturen als minderwaardig te zien.

"La vraie liberté, c'est de pouvoir toute chose sur soi"

("Ware vrijheid is de macht om over jezelf te beschikken") Montaigne benadrukt hier dat echte vrijheid voortkomt uit zelfbeheersing en persoonlijke autonomie, een idee dat in veel van zijn essays naar voren komt.

"L’homme est bien insensé. Il ne sait jouir ni du présent ni du passé; il se soucie du futur comme s’il n’était pour jamais venir"

("De mens is dwaas. Hij weet niet te genieten van het heden of het verleden; hij bekommert zich om de toekomst alsof die nooit zal komen.") Dit citaat weerspiegelt Montaignes filosofische beschouwing over de menselijke neiging om het heden te negeren ten gunste van speculaties over de toekomst.

"Sur le plus haut trône du monde, on n'est jamais assis que sur son cul"

("Op de hoogste troon ter wereld zit men nog altijd op zijn achterste") Hier wijst Montaigne op de eenvoud en vergankelijkheid van de menselijke conditie, ongeacht macht en status.

"Le plus grand chose du monde, c'est de savoir être à soi"

("Het grootste in de wereld is om zichzelf te kunnen zijn") Montaigne benadrukt hier het belang van zelfbewustzijn en het vermogen om onafhankelijk te zijn in gedachten en gedrag.

"Il vaut mieux une tête bien faite qu'une tête bien pleine"

("Het is beter om een goed gevormd hoofd te hebben dan een vol hoofd") Dit citaat drukt zijn voorkeur uit voor kritisch en creatief denken boven louter het opdoen van kennis zonder er zelf iets mee te doen.

"Il faut voyager pour frotter et limer sa cervelle contre celle d’autrui"

("Men moet reizen om zijn geest te schuren en te slijpen aan die van anderen") Montaigne benadrukt hier de waarde van reizen en het leren van andere culturen, omdat het onze blik verruimt en onze geest verscherpt door interactie met andere mensen en ideeën.

"Le précepte de savoir vivre, c’est de mourir"

("Het voorschrift voor een goed leven is te weten hoe te sterven") In zijn overpeinzingen over de dood stelt Montaigne dat het leren accepteren van de dood essentieel is voor een vol en vreedzaam leven.

"Nos plus grandes actions ne sont pas toujours nos plus glorieuses"

("Onze grootste daden zijn niet altijd onze meest glorieuze") Montaigne wijst hier op het feit dat wat wij als groot beschouwen, niet noodzakelijk groots is in morele zin. Het dagelijkse leven kan veel waardiger zijn dan de grote, heroïsche daden die men vaak verheerlijkt.

"La raison, c’est une clarté, mais elle est faible et obscure"

("De rede is een licht, maar het is zwak en troebel") Montaigne was een scepticus ten opzichte van de menselijke rede, en dit citaat onderstreept zijn idee dat ons vermogen om te begrijpen beperkt is en vaak vertroebeld door onze emoties en vooroordelen.

"Celui qui craint de souffrir, il souffre déjà de ce qu'il craint"

("Wie bang is om te lijden, lijdt al aan datgene waarvoor hij bang is") Montaigne bespreekt hier de menselijke neiging om angst en zorgen te creëren die vaak erger zijn dan de ervaring zelf.

"La plus certaine marque de sagesse, c'est une constante joie"

("Het meest zekere teken van wijsheid is een constante vreugde") Montaigne gelooft dat echte wijsheid te vinden is in een diepe innerlijke vreugde, die niet afhankelijk is van externe omstandigheden.

"Philosopher, c’est apprendre à mourir"

("Filosofie bedrijven is leren sterven") Dit beroemde citaat weerspiegelt Montaignes overtuiging dat filosofie ons helpt om de dood onder ogen te zien en te accepteren, wat essentieel is voor het leiden van een betekenisvol leven.

"Nous sommes nés pour agir"

("Wij zijn geboren om te handelen") Montaigne legt hier de nadruk op het belang van actie in het leven, in plaats van alleen te denken of te praten over wat men zou moeten doen.

"L’étude de la raison ne se peut aucunement faire sans l’étude de la volonté"

("De studie van de rede kan op geen enkele manier plaatsvinden zonder de studie van de wil") Montaigne benadrukt hier dat rationeel denken en de wilskracht om het juiste te doen hand in hand moeten gaan om werkelijk betekenisvolle inzichten te verwerven.

"Le mal de l’esprit est plus dangereux que celui du corps"

("Het kwaad van de geest is gevaarlijker dan dat van het lichaam") Montaigne erkent dat geestelijke kwellingen vaak destructiever kunnen zijn dan fysieke aandoeningen, omdat ze dieper inwerken op onze algehele welzijn.

"Il n'y a point de plus certaine vanité que de chercher la vanité du monde"

("Er is geen grotere ijdelheid dan het zoeken naar de ijdelheid van de wereld") Dit citaat verwijst naar Montaignes sceptische houding tegenover menselijke ambitie en materialisme. Hij zag het najagen van wereldse erkenning en bezit als een vorm van zelfbedrog.

"L'homme n'est qu'un roseau, le plus faible de la nature; mais c'est un roseau pensant"

("De mens is slechts een riet, het zwakste in de natuur; maar hij is een denkend riet") Dit citaat benadrukt de kwetsbaarheid van de mens in de natuur, maar tegelijkertijd zijn vermogen tot denken, wat hem uniek maakt. Dit is vergelijkbaar met het beroemde citaat van Blaise Pascal, dat mogelijk door Montaigne geïnspireerd is.

"Je me retire en moi-même, parce que je trouve en moi assez pour me faire plaisir"

("Ik trek me terug in mezelf, omdat ik in mezelf genoeg vind om tevreden te zijn") Montaigne geloofde sterk in zelfreflectie en het vinden van voldoening binnenin, in plaats van altijd extern geluk na te streven.

"La plus grande chose du monde, c'est de savoir appartenir à soi-même"

("Het grootste doel dat men zich kan stellen in de wereld is om aan jezelf te behoren") Montaigne keert in veel van zijn essays terug naar dit thema van zelfbeheersing en autonomie, waarbij hij benadrukt dat het ultieme doel is om onafhankelijk te zijn van externe invloeden.

"Le bonheur est comme un papillon, il vole sans jamais se poser"

("Geluk is als een vlinder, het vliegt zonder ooit neer te strijken") Montaigne suggereert hier dat geluk vluchtig is en dat het najagen ervan vaak tevergeefs is, omdat het zich niet laat vastpinnen.

"Tout mouvement nous découvre"

("Elke handeling onthult ons") Dit citaat benadrukt dat onze handelingen, zelfs de kleinste bewegingen, veel onthullen over wie we werkelijk zijn.

Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.