Latijn/Morfologie zelfstandige naamwoorden
Regels voor alle declinaties
[bewerken]Omdat er 5 declinaties zijn, 6 naamvallen, enkelvoud en meervoud en 3 geslachten zijn er in principe 180 vormen mogelijk. De situatie is echter minder ernstig dan men zou denken. Ten eerste heeft niet iedere declinatie afzonderlijke vormen voor alle drie geslachten, wat het aantal te leren uitgangen al dramatisch reduceert. En verder gelden er enkele regels die het aantal uitgangen nog verder terugbrengt:
- Bij onzijdige woorden is de accusativus altijd gelijk aan de nominativus
- De vocativus is altijd gelijk aan de nominativus (uitzondering: tweede declinatie)
- De ablativus is in het meervoud altijd gelijk aan de dativus
Overzicht van alle declinaties en hun verbuigingen
[bewerken]Onderstaand de volgorde van naamvallen in de overzichten en hun afkortingen:
- nominativus (nom.)
- genitivus (gen.)
- dativus (dat.)
- accusativus (acc.)
- ablativus (abl.)
- vocativus (voc.), indien verschillend van de nominativus
Door deze volgorde zijn begrippen als "tweede", "derde" en "vierde naamval" uitwisselbaar met de grammatica's van andere talen zoals Oud-Grieks en Duits.
Eerste declinatie
[bewerken]Het grammaticaal geslacht van de woorden uit de eerste declinatie is bijna altijd vrouwelijk. De stam eindigt op -a.
Vrouwelijke woorden op -a
mensa eettafel:
enkelvoud meervoud nom. mensa mensae gen. mensae mensarum dat. mensae mensis acc. mensam mensas abl. mensa mensis
Voorbeelden:
feminae cenam praeparant = de vrouwen bereiden het maal domina puellis pecuniam dat = de vrouw des huizes geeft de meisjes geld fibula ancillae est = de fibula is van de slavin (of: de slavin heeft een fibula) femina candelas emit = de vrouw kocht kaarsen a Roma venit = hij (zij, het) kwam uit Rome pecunia nautarum = het geld van de matrozen
Woordenlijst:
ancilla (f) slavin candela (f) kaars cena (f) maal, maaltijd, diner dat (hij,zij) geeft domina (f) meesteres, vrouw des huizes emit (hij,zij) kocht est (hij,zij,het) is femina (f) vrouw fibula (f) fibula, gesp waarmee de toga vastgezet werd mensa (f) (eet)tafel nauta (m) zeeman, matroos pecunia (f) geld praeparant (zij) bereiden (voor) puella (f) meisje Roma (f) Rome venit (hij,zij,het) kwam
Tweede declinatie
[bewerken]Het grammaticale geslacht van de woorden uit de tweede declinatie is mannelijk (-us, -er) of onzijdig (-um). De stam van deze woorden eindigt op -o en deze declinatie wordt daarom ook wel de o-declinatie genoemd.
Omdat de tweede declinatie de enige declinatie is waarin een aparte vorm voor de vocativus voorkomt laten we hier ook steeds de vocativus vormen zien.
Mannelijke woorden op -us
[bewerken]enkelvoud meervoud nom. dominus domini gen. domini dominorum dat. domino dominis acc. dominum dominos abl. domino dominis voc. domine domini
De tweede declinatie is de enige declinatie waar een echte vocativus in voorkomt: Mannelijke woorden op -us krijgen een -e in de vocatief: Domine!
Voorbeelden:
dominus et domina ambulant = de heer en de dame wandelen servus in horto laborat = de slaaf werkt in de tuin coquus cibum in culina praeparat = de kok bereidt het voedsel ave, domine! = gegroet, heer servi dominorum laborant = de slaven van de heren (meesters) werken coquus servis cibum dat = de kok geeft de slaven voedsel
Woordenlijst:
ambulant (zij) lopen, (zij) wandelen ave gegroet cibus (m) voedsel coquus (m) kok culina (f) keuken dat (hij, zij) geeft domina (f) dame, vrouw des huizes dominus (m) heer, heer des huizes, meester et en, ook hortus (m) tuin in (+abl) in, op laborant (zij) werken laborat (hij,zij) werkt praeparat (hij,zij) bereidt servus (m) slaaf
Mannelijke woorden op -er
[bewerken]De woorden waarvan de nom. enkelvoud eindigt op -er zijn ontstaan uit woorden die eindigden op -rus. Deze woorden verloren de us aan het eind: puerus → puer.
enkelvoud meervoud nom. puer pueri gen. pueri puerorum dat. puero pueris acc. puerum pueros abl. puero pueris voc. puer pueri
Als de r voorafgegaan werd door iets anders dan een e, dan werd er in een e ingeschoven: agrus → *agr → ager.
enkelvoud meervoud nom. ager agri gen. agri agrorum dat. agro agris acc. agrum agros abl. agro agris voc. ager agri
Voorbeelden:
pueri et puellae ludunt = de jongens en de meisjes spelen poetae libros legerunt = de dichters lazen de boeken servi in agris laboraverunt = de slaven werkten op de akkers
Woordenlijst:
ager, -gri (m) akker et en in (+abl) in, op legerunt (zij) lazen liber, -bri (m) boek ludunt (zij) spelen poeta (m) dichter puella (f) meisje puer, -eri (m) jongen servus (m) slaaf laboraverunt (zij) werkten
Onzijdige woorden op -um
[bewerken]Het grammaticale geslacht van de woorden uit de tweede declinatie die eindigen op -um is onzijdig. Zoals bij alle onzijdige woorden zijn nominativus, accusativus en vocativus identiek.
enkelvoud meervoud nom. bellum bella gen. belli bellorum dat. bello bellis acc. bellum bella abl. bello bellis voc. bellum bella
Voorbeelden:
dominus in foro ad templum ambulat = de heer loopt op het forum naar de tempel in bello pugnavit = hij vocht in de oorlog
Woordenlijst
ad (+acc) naar ambulat (hij) loopt bellum (n) oorlog, strijd dominus (m) heer, heer des huizes in (+abl) in, op pugnavit (hij,zij) vocht templum (n) tempel forum (n) forum (een markt waar zich een belangrijk deel van het openbare leven afspeelde)
Derde declinatie
[bewerken]De derde declinatie is een grote groep woorden waarvan de stam eindigt op -i of op een medeklinker (consonant). Deze beide groepen zijn in de loop der tijd samen gevallen en worden daarom traditioneel als een enkele declinatie beschouwd. Enkele woorden tonen kenmerken van zowel de i- als de consonant-stammen en worden daarom tot de gemengde declinatie gerekend.
De derde declinatie kenmerkt zich door een doorgaans groot verschil tussen de vormen van de nominativus enkelvoud en de genitivus enkelvoud die eindigt op -is en beide vormen moeten daarom uit het hoofd geleerd worden. De stam kan namelijk alleen maar betrouwbaar afgeleid worden van de genitivus.
Consonant-stammen
[bewerken]De consonant-stammen zijn woorden waarvan de stam op een medeklinker eindigt. Bijna alle woorden uit de groep van de consonant-stammen hebben een verschillend aantal lettergrepen in de nominativus en genitivus. De stam eindigt op een klein aantal uitzonderingen na op een enkele medeklinker.
enkelvoud meervoud nom. rex reges gen. regis regum dat. regi regibus acc. regem reges abl. rege regibus
Bij onzijdige woorden is de accusativus altijd gelijk aan de nominativus, en in het meervoud eindigend op -a.
enkelvoud meervoud nom. opus opera gen. operis operum dat. operi operibus acc. opus opera abl. opere operibus
Voorbeelden:
rex leges fecit = de koning maakte wetten sculptor opera fecit = de beeldhouwer maakte kunstwerken puella colorem florum amat = het meisje houdt van de kleur van de bloemen structor lateres in pedem demisit = de metselaar liet de bakstenen op de voet vallen de aestate bellum gessit = tijdens de zomer voerde hij oorlog venator lepores venatur = de jager jaagt op hazen
Woordenlijst
amat (hij,zij) houdt van bellum (n) oorlog color, coloris (m) kleur de (+abl) tijdens demisit (hij, zij) liet vallen fecit (hij, zij, het) maakte flos, floris (m) bloem gessit (hij, zij) voerde (oorlog) in (+acc) op, naar later, lateris (m) baksteen lepus, leporis (m) haas lex, legis (f) wet opus, operis (n) (kunst)werk pes, pedis (m) voet puella (f) meisje rex, regis (m) koning sculptor, sculptoris (m) beeldhouwer structor, structoris (m) metselaar venator, venatoris (m) jager venatur (+acc) (hij, zij, het) jaagt
I-stammen
[bewerken]De I-stammen zijn substantiva waarvan de stam uitging op -i. Het kent woorden uit alle drie geslachten.
Vrouwelijke en mannelijke woorden worden eender verbogen:
enkelvoud meervoud nom. turris turres gen. turris turrium dat. turri turribus acc. turrim turris (turres) abl. turri turribus
Bij de onzijdige woorden eindigen nominativus en accusativus gelijk:
enkelvoud meervoud nom. mare maria gen. maris marium dat. mari maribus acc. mare maria abl. mari maribus
Welke woorden horen nu bij de I-stammen? Welnu, dat zijn de volgende:
- Plaats- en riviernamen die eindigen op -is en een gelijk aantal lettergrepen in de nominativus en de genitivus hebben.
- De volgende woorden:
febris (f) koorts puppis (f) achtersteven securis (f) bijl sitis (f) dorst turris (f) toren tussis (f) hoest(bui) vis (f) kracht, geweld
- De onzijdige woorden die eindigen op -al, -ar en -e
Voorbeelden:
Quintus ex Neapoli a febri mortuus est = Quintus uit Napels stierf door koorts nautae in puppi stabant et mare spectabant = de matrozen stonden op de achtersteven en keken naar de zee venatores animalia venantur = de jagers jagen op dieren
Woordenlijst
a (+abl) door animal, animalis (n) dier et en, ook ex (+abl) uit febris, febris (f) koorts in (+abl) in, op mare, maris (n) zee mortuus est (hij, zij, het) stierf nauta, -ae (m) matroos, zeeman Neapolis, Neapolis (f) Napels puppis, puppis (f) achtersteven Quintus, -i (m) Quintus spectabant (+acc) keken naar stabant (zij) stonden venantur (+acc) (zij) jagen op venator, venatoris (m) jager
Gemengde declinatie
[bewerken]Woorden uit de gemengde declinatie waren oorspronkelijk I-stammen maar zijn vrijwel geheel overgegaan naar de consonant-declinatie. Alleen de genitivus meervoud (d.w.z. de uitgang -ium) is behouden:
enkelvoud meervoud nom. navis naves gen. navis navium dat. navi navibus acc. navem naves (navis) abl. nave navibus
Om tot de gemengde declinatie te behoren moet een woord aan één van de volgende regels voldoen:
- De nominativus en de genitivus enkelvoud hebben een gelijk aantal lettergrepen en eindigen op -is of -es, bv:
clades, cladis (f) nederlaag classis, classis (f) vloot navis, navis (f) schip
- De stam eindigt op twee of meer consonanten, bv:
gens, gentis (f) volk (stam gent-) nox, noctis (f) nacht (stam noct-) urbs, urbis (f) stad (stam urb-)
Uiteraard zijn er ook hier weer de onvermijdelijke uitzonderingen. De volgende woorden horen gewoon bij de consonant stammen (tussen haakjes staat waarom ze eigenlijk tot de gemengde declinatie zouden moeten horen):
pater, patris (m) vader (de stam patr- eindigt op twee medeklinkers) mater, matris (f) moeder (de stam matr- eindigt op twee medeklinkers) frater, fratris (m) broer (de stam fratr- eindigt op twee medeklinkers) canis, canis (m & f) hond (nom. en gen. hebben beide hetzelfde aantal lettergrepen en de nom. eindigt op -is) iuvenis, iuvenis (m) jongeling (nom. en gen. hebben beide hetzelfde aantal lettergrepen en de nom. eindigt op -is)
Voorbeelden:
cives urbis Hispalis rebellant = de burgers van de stad Sevilla komen in opstand auspices aves spectant = de vogelwichelaars kijken naar de vogels canis ex fonte bibit = de hond drinkt uit de bron
Woordenlijst
auspex, auspicis (m) vogelwichelaar (iemand die de toekomst tracht te voorspellen uit de vlucht van de vogels) avis, avis (f) vogel bibit (hij, zij, het) drinkt canis, canis (m & f) hond civis, civis (m) burger ex[ (+abl) uit fons, fontis (f) bron Hispalis, Hispalis Sevilla rebellant (zij) komen in opstand urbs, urbis (f) stad
Vierde declinatie
[bewerken]De vierde declinatie omvat een relatief kleine groep woorden waarvan de stam eindigt op -u. Het grammaticale geslacht van de woorden uit de vierde declinatie is mannelijk (-us) of onzijdig (-um).
domus (huis(=), manus (hand) en tribus (stam) zijn vrouwelijk
Mannelijke woorden op -us, met genitief op -us
[bewerken]enkelvoud meervoud nom. contractus contractus gen. contractus contractuum dat. contractu(i) contractibus acc. contractum contractus abl. contractu contractibus
Onzijdige woorden op -u
[bewerken]enkelvoud meervoud nom. cornu cornua gen. cornus cornuum dat. cornu(i) cornibus acc. cornu cornua abl. cornu cornibus
Vijfde declinatie
[bewerken]De stam van woorden uit de vijfde declinatie eindigt op -e. Het grammaticale geslacht van de groep is altijd vrouwelijk, met uitzondering van het woord dies (dag (m.), termijn (f.)). Het betreft een betrekkelijk kleine groep woorden.
enkelvoud meervoud nom. res res gen. rei rerum dat. rei rebus acc. rem res abl. re rebus