Onderwijs in relatie tot P2P/Open company formats

Uit Wikibooks
← Object-oriented sociality Onderwijs in relatie tot P2P Open source economy →


‘Open Company Formats’ zijn bedrijven en organisaties die met een sociaal oogmerk (voor maatschappelijk nut) duurzaam gaan handelen in overleg met anderen. Volgens Lievens (2013) worden Open Company Formats geformuleerd als :

Ethische bedrijven die opereren op de markt maar hun winst ondergeschikt maken aan een sociaal doel. Ze kunnen verschillende rechtspersoonlijkheden aannemen zoals coöperatieven met een sociaal oogmerk, sociale interpreneurs, vennootschappen die actief zijn op het vlak eerlijke handel, vzw’s, enzovoort (Bauwens & Lievens, 2013, p.204).


Open company formats en P2P[bewerken]

In het boek ‘De wereld redden’ van Michel Bauwens en Jean Lievens (2013) krijgt Peer – to – Peer, als een postkapitalistische samenleving, vorm. In deze postkapitalistische samenleving, waar P2P zijn stempel drukt, zouden de Open Company Formats als organisaties ontstaan. Deze bedrijven/organisaties handelen niet langer vanuit een kapitalistisch standpunt, waar winst het voornaamste doel is, maar gaan door uitwisseling en samenwerking met sociale ondernemers een eerlijke handel creëren met het oog op maatschappelijk nut. Het kapitalisme, dat nu nog overheerst, moet op zijn einde komen zodat Peer-to-Peer zich kan ontplooien. Het Peer – to –Peersysteem moet dus voldoende tegenwicht bieden en autonomie verwerven om zich te kunnen loskoppelen van het kapitalisme, zodat ook de Open Company Formats zich ten volle kunnen ontwikkelen en een eerlijke handel kunnen voorzien.

Michel Bauwens (2013) stelt een kort stappenplan voor om deze autonomie te verwerven zodat Open Company Formats zich kunnen ontplooien. Ten eerste moet er een nieuwe Peer Production License ontstaan om een open format te kunnen uitbouwen waar informatie gedeeld, aangevuld en herwerkt kan worden. Dit gemeengoed, waar iedereen vrijwillig vanuit eigen interesses en capaciteiten kan aan werken, wordt ook wel commons genoemd (Bollier, 2002). Dit houdt in dat gemeenschappen, coöperatieven en mensen zonder een winstdoel materiaal gaan delen en herbruiken. De Peer Production License zorgt er dan voor dat die zogenaamde commons (gemeengoed) vrij beschikbaar blijven voor iedereen die ertoe bijdraagt. Wel is het zo dat de kapitalistische bedrijven die geen rekening houden met deze externaliteiten (onvergoede, schade of effecten), moeten betalen voor de gebruikswaarden van die commons. Zo ontstaat er een financiële stroom ten gunste van de verenigingen die zich organiseren voor maatschappelijk nut. Dit is een eerste stap om de commons te beschermen en te beheren en meer autonomie binnen de P2P te kunnen garanderen. Een tweede stap is dat bijdragers aan commons eigen ethische entiteiten oprichten, of anders gezegd eigen morele overtuigingen gaan hanteren. Deze overtuigingen gebruikt de markt om een sociaal doel te verwezenlijken (in het voordeel van de maatschappij of het volk) en niet om geld te verdienen voor aandeelhouders (winstkenmerk). Er is dus een duidelijke tendens naar Peer- to –Peer waarin men op zoek is naar een eerlijke markt en een acceptabel mechanisme om een gemeengoed (commons) te stimuleren en te beschermen. Deze bedrijven/organisaties noemen we de Open Company Formats of open bedrijfsformaten (Bauwens & Lievens, 2013). Open Company Formats ontstaan dus vanuit een samenleving die een Peer - to - Peer systeem hanteert, terwijl het format dat zich ontwikkelt ook door het Peer - to - Peer systeem gekenmerkt wordt. Dit beschrijft hoe de Open Company Formats ontstaan in een P2P systeem.

Dit systeem, waarin de Peer-to-Peer meer autonomie krijgt en Open Company Formats vorm krijgen, gaat gepaard met heel wat voordelen volgens Michel Bauwens (2013). Ten eerste worden er duidelijk afspraken gemaakt rond de commons die gedeeld worden. Welke visies en overtuigingen organisaties hanteren wordt statutair vastgelegd om consensus te creëren en er zeker van te zijn dat iedereen handelt met dezelfde overtuiging. Het gemeengoed dat tot stand komt voor een maatschappelijk nut, wordt dan ook vaak gekenmerkt door een logo of titel die het doel van de organisatie weergeeft. Dit aspect ondersteunt ook de kenniscommons van de P2P Foundation. Ten tweede gebeurt de sociale reproductie van de commons voortaan binnen de commons zelf. De productiemiddelen zijn, in tegenstelling tot de kapitalistische bedrijven, in de handen van de commoners zelf in plaats van de externe aandeelhouders. Hierdoor kunnen degene die het product vervaardigen zelf een prijs bepalen waardoor er een eerlijke handel kan ontstaan of kan het product geoptimaliseerd worden door de commoners zelf vanuit een vrije wil. Ze hebben dus zelf de touwtjes in handen waardoor een eerlijke handel gegarandeerd kan worden. Tenslotte gaan bedrijven die organisch met elkaar verbonden zijn via commons, veel intensiever samenwerken. Ook dit is een groot voordeel, volgens Bauwens (2013). Omdat men handelt vanuit een maatschappelijk doel zal kennis niet langer macht betekenen, maar zal er gedeeld en gecommuniceerd worden om het product zo optimaal mogelijk te maken. Door zo een open, volledig transparant format wordt ‘stigmergische’ samenwerking mogelijk. Dit wil zeggen dat actoren via indirecte interactie hun handelingen op elkaar gaan afstemmen in de omgeving. Denk maar aan het verkeer, waar iedereen ‘samenwerkt’ via borden en signalen en zijn gedrag afstemt op de aanwezigheid van de ander. Doen we dat niet, dan botsen we (Wikipedia, n.d.). Ook Open Company Formats, zullen een eerlijke handel creëren waar men zijn gedrag afstemt op de ander.

Een hiaat in dit systeem, is dat er allerlei patronen ontstaan die op het eerste zicht niet veel met elkaar te maken hebben. Het is nog een chaos. Voor al die fenomenen worden nieuwe termen bedacht zoals deeleconomie, samenwerkingseconomie, netwerkeconomie, peer-productie, crowdsourcing, open innovatie, samenwerkingsconsumptie, enzovoort. Deze termen en eigenschappen lijken vaag maar hangen in werkelijkheid allemaal nauw samen met de Open Company Formats (Bauwens & Lievens, 2013).

Voorbeeld: Fair Trade organisaties[bewerken]

Een voorbeeld van Open Company Formats, zijn de Fair Trade Organisaties die zich richten op een eerlijke handel. Deze organisaties bevorderen een duurzame ontwikkeling in de internationale handel, bijvoorbeeld de export van arme landen naar rijke westerse landen. Dit betekent dat ze de koffieboeren in Latijns – Amerika een eerlijke prijs gaan geven voor hun exportproducten en niet een prijs die wordt bepaald door de verhoudingen op de internationale markt. Deze eerlijke handel, is het sociaal oogmerk dat zij als doel voorop stellen. Zo een fair trade systeem is bijvoorbeeld de Oxfam wereldwinkel. Ze kunnen deze eerlijke handel waarborgen door samen te werken met andere initiatieven en vennootschappen aan te gaan met bijvoorbeeld Tear craft, Maya Fair trade, Oxfam fair trade, die ook allemaal een eerlijke handel trachten na te streven (Wikipedia, n.d.).

Theoretische duiding[bewerken]

Open Company Formats verschillen dus met kapitalistische bedrijven op verschillende vlakken. Onder andere in het doel dat ze nastreven. Terwijl kapitalistische bedrijven winst als doel voorop stellen, zullen Open Company Formats beogen een sociaal doel te verwezenlijken. Ook de manier waarop de bedrijven hun doel zullen nastreven verschilt. Kapitalistische bedrijven draaien op een mechanisme van vraag en aanbod om zo veel mogelijk winst binnen te rijven, terwijl de Open Company Formats een gemeengoed zullen aanmaken waarbij verschillende organisaties samen de handen in elkaar slaan. Om dit groot verschil tussen de Open Company Formats en de kapitalistische bedrijven bloot te leggen, moet de schaarste techniek in rekening gebracht worden. Deze techniek houdt in dat het mechanisme van vraag en aanbod schaarste gaat creëren om de economie draaiende te houden. Het kapitalisme, dat draait op die schaarste techniek, is daarom onverenigbaar met de lange termijn overleving van mensheid en biosfeer. Anders gezegd, zijn winstmaximaliserende bedrijven ontwikkelt om natuurlijke en sociale entiteiten, onder andere ook duurzaamheid, te negeren. Dit mechanisme van kapitalistische bedrijven wordt ‘van buitenaf’ geregeld. Echter, de open ontwerpen en productiegemeenschappen of Open Company Formats, hebben geen dwang om kunstmatige schaarste te creëren. Deze ondernemende coalities zullen zich aansluiten bij bepaalde commons en daardoor duurzame praktijken oprichten. Open Company Formats zullen zich dus baseren op open en gedeelde kennis, die niet instaat voor commerciële doeleinden maar ontwikkeld wordt in een non - profit sfeer (Bollier, 2014). Deze duurzame praktijken zullen de keuze versterken om bepaalde juridische en institutionele formats ‘van binnenuit’ te regelen. Dit doen ze door een sociale en natuurlijke context te creëren voor een sociaal doel. Anders gezegd, moeten producenten en medewerkers hun eigen ethische structuren creëren, van waaruit zij netwerken kunnen aangaan en solidariteit kunnen waarborgen rond de commons die voor hen waardig zijn (P2PFoundation, n.d.).

Bollier (2014) beaamd dat Bauwens wil afstappen van een systeem waar mensen onvrijwillig deelnemen aan een marktdynamiek waar competitie en autoriteit de overhand neemt. We hebben volgens Bauwens een ander model nodig, gekenmerkt door open cooperativism. Dit wil zeggen dat er samen vrijwillig gewerkt kan worden aan een algemeen goed via een open format dat een eerlijke handel waarborgt (Bollier, 2014).

Ondanks dat de Open Company Formats nog niet zijn opgewassen tegen de concurrentie van de grote, op winstgerichte, kapitalistische bedrijven kent hun aandeel toch al een serieuze groei. De Faire Trade organisaties bijvoorbeeld begonnen als een idee in een deeltje van Amerika in 1940, en zijn ondertussen al een wereldwijd begrip. Vooral in Amerika zijn de Faire Trade organisaties al enorm gegroeid. Meer en meer producten worden gekenmerkt door een Faire Trade logo en consumenten worden gestimuleerd deze te kopen. Toch wordt er ook gewezen op een sceptische houding tegenover die Open Company Formats. Zo wordt er soms wel een eerlijke en duurzame handel gegarandeerd maar vallen sommige bedrijven toch door de mand. Enige voorzichtigheid wordt dus aangewezen (Wijnen & van Wellenbergen, n.d.). Het doel is uiteraard wel deze bedrijven en organisaties te filteren zodat alleen degene die een Fair Trade garanderen overblijven en een eerlijke, duurzame handel de economie kan kenmerken.

Externe links[bewerken]

Voor meer informatie zie rond het begrip bedrijfscultuur zie : http://www.frankwatching.com/archive/2012/03/22/de- bedrijfscultuur-centraal-bij-conversatiemanagement/ & https://www.managementsite.nl/kennisbank/organisatiecultuur)

Voor meer informatie rond het begrip ‘MVO’ zie : http://www.mvovlaanderen.be/over-mvo/wat-is-mvo/

Voor meer informatie rond het begrip ‘peer production license’ zie: http://p2pfoundation.net/Peer_Production_License & http://bollier.org/blog/bauwens-use-peer-production-license-foster-“open-cooperativism”

Voor meer informatie over stigmergie : http://nl.wikipedia.org/wiki/Stigmergie

Voor meer informatie over de Fair Trade organisaties (voorbeeld) zie : http://www.befair.be/nl/content/fairtradeorganisaties & http://nl.wikipedia.org/wiki/Eerlijke_handel

Voor meer informatie zie over Open company formats in de P2P context zie http://p2pfoundation.net/Category:Open_Company_Formats & http://www.fourthsector.net/learn/supportive-ecosystem/)

Referenties[bewerken]

Bauwens, M. & Lievens, J. (2013). De wereld redden. Antwerpen, België: Houtekiet

Belleghem, S., De bedrijfscultuur centraal bij communicatiemanagement (2012). Retrieved from: http://www.frankwatching.com/archive/2012/03/22/de- bedrijfscultuur-centraal-bij-conversatiemanagement/

Bollier, D. (2002). Commons sense: community ownership and the displacement of corporate control. Multinational monitor, 23, p.11.

Bollie, D. (2014). Bauwens: use of peer production license to foster "open cooperativism". Retrieved from http://bollier.org/blog/bauwens-use-peer-production-license-foster-“open-cooperativism”

ManagementSite, Organisatiecultuur (n.d.). Retrieved from: https://www.managementsite.nl/kennisbank/organisatiecultuur

Wikipedia (n.d.), Retrieved from: http://nl.wikipedia.org/wiki/Open_innovatie

Wikipedia (n.d.), Retrieved from http://nl.wikipedia.org/wiki/Stigmergie

P2PFoundation, Categorie: Open Company Formats (2013). Retrieved from: http://p2pfoundation.net/Category:Open_Company_Formats

Wijnen, M. & van Wellenbergen, A., Fair Trade (n.d.), Retrieved from: http://pofairtrade.weebly.com/index.html

Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.