Quenya/Datief: verschil tussen versies

Uit Wikibooks
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k + {{GFDL-oud}}
Dirk math (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 101: Regel 101:


[[Category:Quenya|Naamvallen]]
[[Category:Quenya|Naamvallen]]
{{GFDL-oud}}

Versie van 16 apr 2007 18:25

Gebruik

We gebruiken de datief voor het meewerkend voorwerp (dit begint meestal met het voorzetsel "aan" of "voor"):

i nér anta i parma i eldan "de man geeft het boek aan de elf"


De woordorde is vrij omdat we het meewerkend voorwerp altijd aan de uitgang herkennen:

i nér anta i eldan i parma "de man geeft de elf het boek"
i eldan i nér anta i parma "aan de elf geeft de man het boek"
i nér i eldan anta i parma


Enkele werkwoorden hebben wel een meewerkend voorwerp maar geen lijdend voorwerp:

i vendi liltar i aranen "de meisjes dansen voor de koning"


Het werkwoord apsen- "vergeven, pardonneren" heeft een lijdend voorwerp in de datief:

i aran apsenë i neren "de koning pardonneert de man"

(dus eigenlijk: schenkt genade aan de man).


Het substantief na het voorzetsel "namens" staat in de datief:

i orco tullë rá Sauronden "de ork kwam namens Sauron"


Onpersoonlijke werkwoorden

De datief wordt ook gebruikt voor de ontvanger van een aantal onpersoonlijke werkwoorden:

i seldon óla aiwion "de jongen droomt over vogels"

(zie ook: Quenya/Speciale werkwoorden)



Vorming

We bekijken elk getal afzonderlijk:


Enkelvoud

De basisuitgang is -n na klinkers en -en na medeklinkers.

Bij de meeste woorden gebruik je simpelweg deze uitgang:

aran "koning" → aranen
tári "koningin" → tárin
vendë "meisje" → venden


Woorden met een stamvorm gebruiken deze stamvorm:

nís "vrouw" → nissen (stamvorm niss-)
curo "uitvinding" → curun (stamvorm curu-)
lómë "nacht" → lómin (stamvorm lómi-)


Meervoud

De uitgang is -in:

macil "zwaard" → macilin
elda "elf" → eldain

(merk op: deze uitgang vormt een tweeklank in substantieven die eindigen op -a, -o or -u).


Uitzonderingen:

  • woorden op -ë laten -ë vallen en krijgen -ín als uitgang:
lassë "blad" → lassín
  • woorden op - laten - vallen en krijgen -ín als uitgang:
mornië "duisternis" → mornín
  • woorden op -i (of met een stamvorm op -i) krijgen ook -ín:
tári "koningin" → tárín
lómë "nacht" → lómín


Duaal

Het duaal is regelmatig:

  • u-dualen krijgen -n:
aldu "een paar bomen" → aldun (nom.enk.: alda)
  • bij t-dualen wordt de eind-t vervangen door -nt:
ciryat "een paar schepen" → ciryant (nom.enk.: cirya)
aranet "een paar koningen" → aranent (nom.enk.: aran)

(merk op: deze woorden zijn de enige Quenya-woorden die op meer dan één medeklinker eindigen).


Partitief meervoud

We voegen altijd -n toe aan de nominatief partitief meervoud:

ciryali "enkele schepen" → ciryalin (nom.enk.: cirya)



>> Quenya >> Quenya/Substantieven >> Quenya/Datief

Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.