Go leer je zo: verschil tussen versies

Uit Wikibooks
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Ghanssen (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Ghanssen (overleg | bijdragen)
Regel 191: Regel 191:
=== Voorkennis ===
=== Voorkennis ===
De vorige les zijn de basisregels behandeld. Het volgende moet daarom bekend zijn:
De vorige les zijn de basisregels behandeld. Het volgende moet daarom bekend zijn:
*Het spelmateriaal.
*Het spelmateriaal
*Het doel van het spel.
*Het doel van het spel
*Wat gebied is.
*Wat gebied is
*Hoe gebied beheerst wordt.
*Hoe gebied beheerst wordt
*Wat vrijheden en ketens zijn.
*Wat vrijheden en ketens zijn
*Hoe slaan in zijn werk gaat.
*Hoe slaan in zijn werk gaat
*Wat de opruimregel is.
*Wat de opruimregel is
*Hoe het tellen in zijn werk gaat.
*Hoe het tellen in zijn werk gaat

=== Lesinhoud ===
=== Lesinhoud ===
Deze les worden een aantal elementaire technieken behandeld die terug te voeren zijn op de spil van het spel: Het slaan van stenen. Er zijn drie redenen aan te wijzen waarom het slaan van stenen de spil van het spel is.
Deze les worden een aantal elementaire technieken behandeld die terug te voeren zijn op de spil van het spel: Het slaan van stenen. Er zijn drie redenen aan te wijzen waarom het slaan van stenen de spil van het spel is.

Versie van 10 mrt 2009 11:00

Werk in uitvoering.
Aan dit artikel wordt voorlopig nog gewerkt. Gelieve het niet te bewerken totdat dit sjabloon is weggehaald.

Een cursus voor beginnende spelers in het denkspel go.

Voorwoord

Deze beginnerscursus is uitgekristalliseerd op basis van vele beginnerscursussen die in de jaren '80 werden georganiseerd door Ger Hanssen van de Drienerlose Go Vereniging op de Universiteit Twente. De cursus is daarom vooral gericht op een geschoold publiek. Dank aan eenieder die hielp en veel succes aan hen die van de cursus gebruik willen maken, waarbij met name dank aan Peter Visser, die heel wat puntjes op de i heeft gezet.

Introductie

Geschiedenis van go

Go komt uit China, waar het zo'n 4000 jaar geleden is ontstaan. Niemand weet hoe, het zou ook wel 1000 jaar ouder of jonger kunnen zijn. De eerste optekeningen over go stammen uit 500 voor Christus, maar ze duiden op een veel hogere ouderdom. Er doen dan ook vele legendes de ronde over Go. Soms lijkt het er op dat voor elk beginnersboek weer een nieuwe legende bedacht wordt. Daar doen wij niet aan mee. Voor ons geen bedienden die de koning plezieren door een spel te bedenken waardoor de strijd op een go-bord uit gevochten kan worden in plaats van op het slagveld. En ook geen beloning in de vorm van verdubbelende graankorrels bij elk volgende vakje. En ook al geen astrologen die het go-bord gebruiken als voorspellend medium. Voor ons komt go uit China en is het door Boeddhistische monniken rond 800 na Christus naar Japan gebracht via Korea. Go wordt nog steeds veel gespeeld in China en Korea, maar in Japan is go pas echt tot bloei gekomen. Go genoot in Japan vanaf rond 1400 een door de Shogun beschermde positie. Dit heeft geleid tot een grote populariteit onder de bevolking.

Go tegenwoordig

In Korea, Japan en China kent go tegenwoordig een grote populariteit, vergelijkbaar met schaken hier in het Westen. In deze landen zijn in totaal meer dan 1000 go-spelers professioneel actief met lesgeven en toernooien spelen. Met name in Japan worden zeer hoge prijzen uitgeloofd voor de toptoernooien. In de grote kranten aldaar, wordt intensief verslag gedaan van de verrichtingen van de profs. Rond 1900 is go in Europa geïntroduceerd in Oostenrijk en Duitsland en heeft zich vervolgens verspreid over Europa. In Nederland is in 1956 de Nederlandse Go Bond opgericht. Die heeft sindsdien geprobeerd in Nederland go steeds bekender te maken. Zo langzamerhand heeft go zich een positie weten te verwerven naast schaken en dammen, alhoewel het hier nog steeds relatief klein is. Veel mensen weten nu meer dan dat een Japans denkspel van twee letters in een kruiswoordraadsel "go" is. De Nederlandse Go Bond groeide gedurende de jaren '80 langzaam tot iets minder dan 1000 leden en is sindsdien stabiel gebleven. De bond vertegenwoordigt ongeveer 30 clubs voornamelijk in de grote steden van ons land.

Les 1: Basisregels

Voorkennis

We staan aan het begin, dus voor deze les is geen voorkennis vereist.

Lesinhoud

In deze les worden de basisregels van go behandeld. De basisregels zijn alle elementaire regels die nodig zijn om go te kunnen spelen.

Doelstellingen

Na deze les moet de cursisten het volgende bekend zijn:

  • Met welk spelmateriaal gespeeld wordt.
  • Wat het doel van het spel is.
  • Wat vrijheden en ketens zijn.
  • Hoe het slaan van stenen in zijn werk gaat.
  • Wat gebied is.
  • Hoe gebied beheerst wordt.
  • Wat de opruimregel is.
  • Hoe het tellen in zijn werk gaat.

Het spelmateriaal

Het bord

Go wordt gewoonlijk gespeeld op een bord van 19x19 lijnen (dat wil dus zeggen 18x18 vakjes). De grootte van het bord is echter niet van wezenlijk van belang voor de aard van het spel. Om het spel te leren kennen springen we niet gelijk in het diepe. We kiezen voor een kleiner bordformaat. We beginnen met een 9x9-bord en gaan later over op een 13x13-bord. Dit bekort de partij en vergroot het overzicht voor de beginnende speler. Een aantal kruispunten op het bord zijn iets dikker gemaakt dan de andere. We noemen dit de voorgiftpunten. Ze dienen vooral ter oriëntatie. Bovendien kunnen daarop aan het begin van de partij de voorgiftstenen gelegd worden. Die voorgift¬stenen dienen ter compensatie voor de zwakkere speler. Je zult ze als beginner voorlopig nog vaak nodig hebben.

De stenen

Er wordt gespeeld met witte en zwarte lensvormige stenen. Deze kunnen van keramiek (steen) of van plastic zijn gemaakt. In de duurste uitvoering zijn ze zelfs van leisteen en schelp vervaardigd. Het aantal stenen is in principe onbegrensd. In de praktijk horen 180 witte en 180 zwarte stenen in de potten aanwezig te zijn, maar wie met 150 stenen elk speelt, zal niet gauw ontdekken dat de set niet compleet is. Als op een toernooi je pot leeg is dan vraag je gewoon aan je buurman of deze nog wat heeft. Het gaat er allemaal gemoedelijk aan toe bij go.

De spelregels

Basis

Bij go beginnen we met een leeg bord. Om beurten mag men één steen op een van de lege kruispunten van de lijnen van het bord leggen. Een steen mag nooit verschoven worden. Men is niet verplicht om te zetten: Passen mag ook. Zwart begint.

Doel

Het doel van go is het beheersen van meer gebied op het bord dan de tegenstander. Dit is een erg compacte aanduiding. Het zal waarschijnlijk een aantal vragen oproepen: Wat is gebied? Hoe ga je na dat je dat gebied beheerst? En hoe tel je of je meer hebt? Deze vragen hangen sterk met elkaar samen. We zullen ze in de volgende paragrafen proberen te beantwoorden.

Gebied

Gebied bestaat uit lege punten op het bord, die door stenen van één kleur worden afgebakend. We geven ter verduidelijking een voorbeeld van een beëindigde partij op onderstaand 9x9-bord.

Beantwoord hierover de volgende vragen:

  1. Waar denk je dat het witte gebied ligt? En waar het zwarte? De antwoorden zijn overigens voor de hand liggend.
  2. Denk je dat de twee gemerkte lege punten in het midden ook meetellen als gebiedspunt? Voor wie dan?
  3. Wie heeft er het meeste gebied?

De antwoorden:

  1. Het witte gebied ligt linksboven en rechts beneden het zwarte gebied ligt links beneden en rechtsboven.
  2. De twee gemerkte punten worden niet door één kleur omsloten en zijn daarom neutraal. We noemen ze met een Japanse term "damè-punten".
  3. Wit heeft 13 gebiedspunten en zwart 16. Zwart heeft er meer. We zeggen dat zwart met 3 punten wint.

Beheersen

Stel voor je bent wit in onderstaand diagram.

Zwart heeft daarnet de gemerkte steen gespeeld. Dat mag. Je hebt het recht op een leeg punt te spelen als je dat goed dunkt. Je kunt je nu afvragen of het witte gebied nog steeds van wit is. Een gebied is pas echt gebied is als je dat gebied beheerst. Je beheerst een gebied, omdat je alle stenen van de tegenstander in dat gebied kunt slaan (vangen). Om uit te leggen hoe het slaan (vangen) van stenen in zijn werk gaat moeten we eerst uitleggen wat vrijheden en ketens zijn. Vrijheden, ketens en slaan Ketens van stenen worden geslagen wanneer hun laatste vrijheid bezet wordt. Vrijheden zijn de direct aan een steen grenzende lege punten. In onderstaand diagram zijn de gemerkte punten de vrijheden van de stenen:

De witte steen in onderstaand diagram heeft nog maar één vrijheid op het gemerkte punt

Als zwart daar een steen speelt dan wordt de witte steen onmiddellijk van het bord genomen. Zie onderstaande diagrammen. De ingesloten steen in het linker diagram moet dus onmiddellijk worden verwijderd, zoals in het diagram rechts.

Als wit echter aan zet was geweest, dan had hij deze steen kunnen verlengen om er zo een keten van 2 stenen van te maken. Een keten van stenen bestaat uit stenen van dezelfde kleur die direct met elkaar verbonden zijn volgens de rechte lijnen.

Een keten van stenen vormt samen een geheel. Bovenstaande keten van 2 stenen heeft nu weer 3 vrijheden. De witte steen die dreigde gevangen te worden is als het ware aan de dood ontsnapt door te vluchten. Bij go spreken we vaak in dergelijke termen. Ondanks dat eenmaal geplaatste stenen op dezelfde plaats blijven liggen, zit er toch beweging in. Als zwart de bovenstaande keten van 2 stenen wil vangen dan zal zwart deze 3 vrijheden moeten bezetten. Nemen we even aan dat wit geen interesse heeft in deze stenen, dan kun je in onderstaand diagram links zien dat zwart al 2 vrijheden bezet heeft. In het diagram rechts speelt zwart er nog een steen bij waardoor de beide stenen worden geslagen.

Diagonaal zijn stenen niet met elkaar verbonden tot ketens. In onderstaande diagrammen kan zwart de witte stenen gewoon slaan.

Slaan zonder vrijheden

Een keten van stenen wordt direct van het bord genomen als de tegenstander de laatste vrijheid ervan bezet. We nemen bijvoorbeeld onderstaande situatie. Daarin is zwart aan zet en er staat een witte steen atari. Welke?

Wanneer zwart de laatste vrijheid bezet dan verdwijnt de witte steen van het bord.

Als wit nu echter aan zet is en hij speelt op de lege plek om de vrijheden van wit op te vullen, dan maakt hij daarmee een keten zonder vrijheden. Een keten wordt echter direct van het bord genomen wordt wanneer de tegenstander de laatste vrijheid ervan bezet. Dat betekent in dit geval dat de zwarte stenen onmiddellijk verdwijnen. In onderstaand diagram rechts kun je zien dat hierdoor voor de witte stenen 2 nieuwe vrijheden ontstaan.

Let op dat dit iets anders is dan onderstaande situatie, waarin wit niet alle zwarte vrijheden af zou nemen met een zet op A. Een dergelijke zet noemen we een zelfmoordzet. De witte stenen slaan als het ware zichzelf. Zelfmoordzetten zijn verboden.

Een vergelijkbare situatie kunnen we bijvoorbeeld in onderstaande hoek aantreffen. Zwart heeft de witte keten in de hoek omsingeld, maar de witte stenen hebben nog een vrijheid op het hoekpunt en zijn daarom nog niet geslagen. Stenen slaan gebeurt dus niet slechts door het omsingelen van de vrijheden aan de "buitenkant", maar ook de vrijheden aan de "binnenkant" tellen mee. Alle vrijheden moeten bezet worden vooraleer de stenen van het bord verdwijnen.

Zwart zou graag de witte stenen willen slaan, maar moet daartoe een steen spelen op een plaats waar hij zelf geen vrijheden heeft. We hebben echter daarnet gezien dat we eerst de stenen van de tegenstander verwijderen die geen vrijheden meer hebben. De witte stenen hebben geen vrijheden meer en verdwijnen daarom onmiddellijk van het bord. In onderstaand diagram kun je zien dat de zwarte steen nu weer 2 nieuwe vrijheden heeft.

Zelfmoord is verboden

Zelfmoord is verboden. Dat wil zeggen: Het is niet geoorloofd te spelen op een plaats waar je keten geen vrijheden meer zou hebben zonder dat je daarmee stenen van de tegenstander slaat. In onderstaand diagram is het dus niet geoorloofd op het hoekpunt te spelen, omdat de witte stenen na deze zet nog steeds één vrijheid hebben. Zwart zal eerst het punt A moeten bezetten alvorens op het hoekpunt te mogen spelen.

Herhaling van de stelling is verboden

Onderstaande situatie links illustreert een bijzondere situatie. Stel zwart is aan zet en slaat de witte steen door op X te spelen. De situatie rechts laat het resultaat hiervan zien. Wit is nu aan zet en zou de zwarte steen nu weer terug mogen slaan.

Dit zou echter een herhaling van de stelling opleveren. In principe zouden beide spelers door kunnen gaan met het nemen van steeds één steen. Zo'n situatie noemen we "ko". Dat is een Japanse term. Stellingherhaling is verboden. Slaat wit de volgende beurt onmiddellijk terug, dan zou dezelfde stelling ontstaan. Wit zal eerst een beurt moeten wachten. Als zwart dan nog niets aan het probleem heeft gedaan, dan mag hij wel terugslaan.

Terug naar het beheersen van gebied

Het doel van het spel is echter het maken van gebied. We zeiden dat je een gebied beheerst wanneer je in staat bent alle stenen te slaan die in het gebied kunnen komen te liggen. We gaan daarom terug naar het einde van de partij, die we eerder hebben getoond. We laten nu ook zien dat tijdens deze partij zwart één steen van wit heeft geslagen. Wit is hierin aan zet. Er zijn nog vele lege punten, maar waar kun je nu het beste spelen?

Bestand:Gocursus-dia1.22.png

Het antwoord luidt vreemd genoeg: je kunt het beste niets meer doen in een dergelijke stelling. Als wit namelijk in het zwarte gebied speelt, zoals in het onderstaand diagram, dan heeft deze steen niet veel kans van overleven. Zwart zet de steen atari en de witte steen kan nooit meer kwaad doen.

Bestand:Gocursus-dia1.23.png

Als wit vervolgens ook het andere gebied op de proef stelt met wit 3, dan reageert zwart ook door de steen atari te zetten, bijvoor¬beeld met zwart 4. Ook hier heeft de witte steen geen kans te ontsnappen, getuige het vervolg.

Bestand:Gocursus-dia1.24.png

Wit kan natuurlijk ook zijn eigen gebied spelen, maar dan blijven er minder gebiedspunten over, dus dat doet hij liever niet. Kortom, wit speelt liever niet. Dat is ook niet verplicht, dus wit past. Zwart is nu aan zet. Zwart kan bij wit in het gebied spelen, zoals in onderstaand diagram.

Bestand:Gocursus-dia1.25.png

Maar dat levert al evenmin iets op. Wit reageert en de zwarte invasiesteen is reddeloos verloren. Zwart wil ook niet in zijn eigen gebied spelen en daarom past zwart ook. Nu zijn we echter in een situatie aangeland waarin er een zwarte steen in het witte gebied ligt en drie witte stenen in het zwarte gebied. Moet je nu zulke stenen slaan? Dat komt aan de orde bij het tellen.

Tellen

Als beide spelers hebben gepast, dan kunnen we gaan tellen wie er gewonnen heeft. We nemen onderstaand diagram als voorbeeld.

Bestand:Gocursus-dia1.26.png

Dit diagram lijkt sterk op het vorige, maar in het midden zijn er 2 lege punten die aan geen van beiden toebehoren. Dit soort punten noem je dameh of neutraal. Voordat we gaan tellen kunnen we de neutrale punten beter opvullen. Het is zo verwarrend wanneer er lege punten op het bord liggen waarvan niet duidelijk is aan wie ze toebehoren.

Opruimregel

Om te kunnen tellen maken we gebruik van de opruimregel. Stenen die reddeloos verloren zijn mogen aan het einde van de partij van het bord genomen worden alsof ze zijn geslagen. Denk erom: pas aan het einde van de partij, dus als beide spelers het erover eens zijn te gaan tellen. Onderstaand diagram geeft aan hoe het er uitziet na het opruimen. Dan verwijderen we de dode stenen. Die voegen we bij de gevangenen.

De punten waar de reddeloos verloren stenen stonden, zijn daarmee weer leeg en tellen daarom gewoon weer mee bij het gebied.

Eindtelling

We kunnen nu de gebieden tellen. Wit heeft linksboven 6 punten en linksonder ook 6 punten. Daar komt nog 1 gevangene bij. Dat maakt samen 13 punten voor wit. Zwart heeft rechtsboven 5 punten en linksonder 8 punten. Daar komen 4 gevangenen bij. Samen is dat 17 punten voor wit.

Zwat wint met 4 punten verschil.

Praktisch tellen

Het is echter praktischer om de gebieden tot gemakkelijk telbare rechthoeken om te vormen door de stenen te verschuiven. Je moet natuurlijk zo schuiven dat het gebied van een speler even groot blijft.

Bestand:Gocursus-dia1.29.png

Verder is het handig om met je geslagen stenen het gebied van de tegenstander op te vullen. Je trekt dan de door jou gemaakte punten van die van de tegenstander af en andersom. Het gaat namelijk om het verschil in punten tussen beide spelers. Dat ziet er als volgt uit.

Bestand:Gocursus-dia1.30.png

Nu kun je gemakkelijk zien dat zwart met 4 punten wint.


Les 2: Elementaire begrippen

Voorkennis

De vorige les zijn de basisregels behandeld. Het volgende moet daarom bekend zijn:

  • Het spelmateriaal
  • Het doel van het spel
  • Wat gebied is
  • Hoe gebied beheerst wordt
  • Wat vrijheden en ketens zijn
  • Hoe slaan in zijn werk gaat
  • Wat de opruimregel is
  • Hoe het tellen in zijn werk gaat

Lesinhoud

Deze les worden een aantal elementaire technieken behandeld die terug te voeren zijn op de spil van het spel: Het slaan van stenen. Er zijn drie redenen aan te wijzen waarom het slaan van stenen de spil van het spel is.

  1. Stenen die niet meer op het bord liggen doe niet meer mee. Ze kunnen geen gebied meer afbakenen en ze kunnen geen vrijheden meer afnemen van andere stenen, want ze liggen niet meer op het bord.
  2. Geslagen stenen tellen als punten voor de tegenstander.
  3. Gebied bestaat op basis van de mogelijkheid om alle in het gebied liggende stenen van de tegenstander te slaan.

Doelstellingen

Na deze les moeten de volgende elementaire begrippen bekend zijn:

  • Atari
  • De werking van de rand van het bord
  • De trap
  • De vangzet
  • Valse ogen.

Uitleg

Wat is de spil van het spel? De spil van go is het controleren van de stenen die je op het bord hebt gelegd. Sommige stenen mogen best van het bord verdwijnen, als je dat maar hebt gepland. Je hebt het spel nog niet onder de knie, zolang het steeds een verrassing is wanneer je steentjes ineens van het bord verdwijnen. Veel beginnersfouten zijn terug te voeren op vergissingen van deze aard. Bovendien is gebied pas zeker gebied als alle stenen van de tegenstander eruit kunnen worden geslagen. Kortom: het belangrijkste en meest elementaire van go is het slaan van stenen. Daar gaat deze eerste les na de introductie dan ook over. We verwachten niet dat je na deze les geen fouten meer maakt bij het slaan van stenen. We willen ervoor zorgen dat je geen onenigheid met je tegenstander zult hebben over het al dan niet terecht verdwijnen van een aantal steentjes. Daarom geven we je veel oefening in het vangen van stenen, vooral in situaties waarin omliggende stenen een heldere blik op de zaak vertroebelen.

Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.