Nieuwgrieks/Bijwoorden

Uit Wikibooks

Vorming[bewerken]

Meestal vormen we het bijwoord (το επίρρημα) door het onziijdig meervoud van het adjectief te nemen:

όμορφος  →  όμορφα   "mooi"


Bijwoorden op -ως[bewerken]

De adjectieven van groep 8 (-ης, -ης, -ες) hebben altijd een bijwoord op -ως:

σαφής  →  σαφώς   "duidelijk"

Normaal ligt de klemtoon van het bijwoord op dezelfde lettergreep als in het adjectief zelf, bij de adjectieven op -ώδης verschuift de klemtoon echter naar de laatste lettergreep:

ιδεώδης  →  ιδεωδώς   "denkbeeldig"


De adjectieven van groep 9 (-ων, -ουσα, -ον) hebben ook een bijwoord op -ως. Om dit bijwoord te vormen vervangen we de -α van het onzijdig meervoud door -ως, de klemtoon ligt altijd op de voorlaatste lettergreep:

μέλλων  →  μελλόντως   "toekomstig"


Tenslotte zijn er ook adjectieven op -ος die een bijwoord op -ως hebben, sommige hebben een betekeniswijziging, andere niet:

zonder betekeniswijziging:
ακριβής   "nauwkeurig"  →  ακριβώς   "precies"
βέβαιος   "zeker"  →  βέβαια / βέβαιως   "natuurlijk"
oμοίος   "gelijk"  →  oμοία / oμοίως   "gelijk"
μονίμος   "duurzaam"  →  μονίμα / μονίμως   "duurzaam"
μετρίος   "middelmatig"  →  μετρία / μετρίως   "middelmatig"


met betekenisverschil:
αμεσός   "direct"  →  αμεσώς   "dadelijk"
απλός   "eenvoudig"  →  απλώς   "simpelweg"
δύστυχος   "arm"  →  δυστυχώς   "spijtig"
ευχάριστος   "aangenaam"  →  ευχάριστως   "graag, met genoegen"
ισός   "gelijk"  →  ισώς   "misschien"
καλός   "goed"  →  καλώς   "correct"
κακός   "slecht"  →  κακώς   "verkeerd"
τελείος   "perfect"  →  τελείως   "volledig"

Als ze in de originele betekenis als bijwoord gebruikt worden, dan krijgen ze wel -α.


De adjectieven uit groep 4 die een Oudgriekse verbuiging volgen hebben een bijwoord op -έως:

βαρύς  →  βαπέως   "zwaar"

Onregelmatige bijwoorden[bewerken]

Het adjectief πολύς is zoals gewoonlijk onregelmatig:

πολύς   "veel"  →  πολύ   "zeer, heel"

De overige onregelmatige zijn:

άλλος   "ander"  →  άλλο   "niet meer"  /  αλλιώς   "anders, integendeel"
λίγος   "weinig"  →  λίγο   "weinig"
μόνος   "alleen, enkel"  →  μόνο   "enkel"

Trappen van vergelijking[bewerken]

Je neemt opnieuw het onzijdig meervoud maar dan van de trappen van vergelijking van het corresponderende adjectief.

Uitzonderingen:

πολύς   "veel"  →  περισσότερο   "meer"

en volgende bijwoorden die niet van een adjectief afgeleid zijn:

ιδίως   "voornamelijk"  →  ιδιαίτερα
μπροστά   "voor"  →  μπροστύτερα
νωρίς   "zonder"  →  νωρίτερα  /  νωρίτατα
πρώτα   "eerst"  →  πρωτύτερα
ύστερα   "later"  →  υστερότερα


Overzicht van de bijwoorden[bewerken]

In volgende lijst geven we een overzicht van de voornaamste bijwoorden die niet van adjectieven afgeleid zijn:

Plaats[bewerken]

πού   "waar?"
όπου   "waar"
πάνω   "boven"
κάτω   "beneden"
μέσα   "binnen"
έξω   "buiten"
χάμω / καταγής   "beneden (op de grond)"
αλλού   "elders"
κάπου   "ergens"
πουθενά   "nergens"
παντού   "overal"
μπρος   "vooruit" (ook εμπρός)
πίσω   "achter"
δεξιά   "rechts"
αριστερά   "links"
ανάμεσα   "midden"
κοντά   "nabij"
μακριά   "ver"
ολόγυρα   "rondom"
απέναντι / αντίκρυ   "tegenover"
μεταξύ   "tussen"
εδώ   "hier"
εκεί   "daar"
δίπλα   "naast"

Tijd[bewerken]

πότε   "wanneer?"
άλλοτε   "vroeger, weleer"
κάποτε   "ooit"
ποτέ   "nooit"
πάντα / πάντοτε   "altijd"
έπειτα   "daarna"
τότε   "toen"
τώρα   "nu"
αμέσως   "dadelijk"
μόλις   "amper"
κιόλας   "reeds, al"
ακόμη   "nogmaals"
πάλι / ξανά   "opnieuw"
συχνά   "dikwijls"
νωρίς   "vroeg"
χτες   "gisteren"
προχτές   "eergisteren"
σήμερα   "vandaag"
αύριο   "morgen"
μεθαύριο   "overmorgen"
απόψε   "vanavond"
φέτος   "dit jaar"
πέρσι   "verleden jaar"
ήδη   "reeds"
πια   "voortaan"

Wijze[bewerken]

πώς   "hoe?"
όπως   "zoals"
μαζί   "tesamen"
ξαφνικά   "opeens"
επίσης   "eveneens"
έτσι   "zo"
αλλιώς   "anders"
προπάντον   "bovenal"
κάπως   "enigszins"
αλλιώς   "tenzij"
καθόλου   "helemaal niet"
μόνο   "enkel"

Hoedanigheid[bewerken]

πόσο   "hoeveel?"
τόσο   "zoveel"
περίπου   "ongeveer"
σχεδόν   "bijna"
μάλλον   "eerder"

Richting[bewerken]

πούθε   "waarvandaan?" (antwoorden doe je met από)

Bevestiging[bewerken]

ναι   "ja"
μάλιστα   "ja (beleefd)"
φυσικά   "natuurlijk"
πράγματι   "eigenlijk"
βέβαια   "zeker"
αλήθεια   "werkelijk"

Ontkenning[bewerken]

δεν   "nee, niet (in de aantonende wijs)"
μην   "nee, niet (in de aanvoegende wijs en de gebiedende wijs)"
ούτε   "ook niet"
όχι   "nee"

Opmerkingen:

  • Soms wordt όχι ook als negatie gebruikt:
τα δικά σας όχι   "niet de uwe"
  • De ontkenning komt onmiddellijk voor het werkwoord. Ze kunnen er enkel van gescheiden worden door onbeklemtoonde persoonlijke voornaamwoorden en de partikels θα, να, ας:
δεν θα τον δω   "ik zal hem niet zien"

Twijfel[bewerken]

ίσως   "misschien"
μήπως / τάχα   "wellicht"
δήθεν   "zogenaamd"



>> Nieuwgrieks >> Bijwoorden

Informatie afkomstig van https://nl.wikibooks.org Wikibooks NL.
Wikibooks NL is onderdeel van de wikimediafoundation.